Column Ramon Klaassens
Gaat melkveewet eindelijk koplopers belonen?
Veelbesproken is de melkveewet, waar nu volop aan wordt gewerkt. De fosfaatreferentie van 2013 lijkt te moeten gaan bepalen hoeveel er nog kan worden uitgebreid, zonder dat de extra geproduceerde kg fosfaat moet worden verwerkt. Dit betekent dus niet zomaar even lekker gaan melken na afschaffing van de melkquotering, wat velen voor ogen hadden.
Hier komt nog bij dat wanneer de melkveehouderijsector zich in dit tempo blijft ontwikkelen, er in Nederland meer fosfaat in de melkveehouderij sector wordt geproduceerd dan het landelijke fosfaatplafond. Dit betekent dat de sector heel simpel gezegd op slot komt te zitten. En hoe dan verder? Alsnog invoering van melkveerechten?
Het gaat met dit tempo niet lang duren voordat deze vraag zich aandient, maar tot die tijd is er veel onzekerheid. Is degene die als eerste gaat uitbreiden de gelukkige? Hij heeft nog uitgebreid voordat het landelijke fosfaat plafond is overschreden, maar betekent dit veel mestverwerking? Of wordt de lijn van LTO en NZO gevolgd, door de koppeling met grondgebondenheid er in te houden?
Al met al vragen waar nu nog niemand het antwoord op heeft, maar die wel gigantische gevolgen kunnen hebben voor uw bedrijf. Als u uw nieuwe stal pas na afschaffing van de quotering vol had willen zetten, is het maar de vraag of dat nog wel kan. Kortom, gaat die zogenaamde 20 tot 30 procent extra melk na afschaffing van het melkquotum er wel komen? Ik heb hier grote vraagtekens bij. De vraag is ook of er met de huidige dieraantallen in Nederland nog niet veel te halen valt.
Zo waren wij onlangs uitgenodigd voor de viering van de verjaardag van de oudst melkgevende koe van Nederland. Het betrof Jansje 103 met een leeftijd van 22 jaar en een levensproductie die nu al over de 175.000 kg melk is gegaan. Een stal vol met deze dames op leeftijd komt neer op een vervangingspercentage van 5 procent. Helaas moeten we concluderen dat dit niet heel realistisch is, maar het geeft wel aan waar een melkkoe op een Nederlands melkveebedrijf toe in staat is. En dat biedt perspectief om in de toekomst uw bedrijf nog te kunnen ontwikkelen.
Want een hoge levensduur betekent dat u minder vervanging heeft op uw bedrijf en dus minder jongvee hoeft op te fokken. In het geval van Jansje 103 betekent dit dat 0,5 stuks jongvee per 10 melkkoeien voldoende moet zijn. Dit is krap, maar wij hebben verschillende bedrijven zien dalen van rond de 9 naar ongeveer 5 à 6 stuks jongvee per 10 melkkoeien. Bij een bedrijf met 100 melkkoeien betekent dit een daling van ongeveer 600 kg fosfaat per jaar.
Dit kan zo maar eens betekenen dat u 16 koeien meer mag gaan houden. Als we bovendien nog eventuele voordelen via het inzetten van bijvoorbeeld de kringloopwijzer meenemen, biedt dat nog meer ontwikkelingsruimte. Ook worden de bemestingsnormen in de toekomst nog scherper. En vergeet niet dat de jongveekosten dalen van ongeveer 875 euro naar rond de 585 euro per koe per jaar.
Dit betekent dus dat uw jongvee bepaalt hoeveel u mag uitbreiden. Dit is precies tegenovergesteld aan wat veel bedrijven de afgelopen jaren hebben gedaan, namelijk veel jongvee aanhouden om te kunnen groeien. Welke keuze heeft u gemaakt en weet u wat de groeimogelijkheden van uw bedrijf zijn? Zullen de koplopers op het gebied van levensduurverlenging dan eindelijk worden beloond ? Laten we het hopen, maar dan moet hier bij de invoering ook naar worden gekeken. Want in mijn ogen verdienen behaalde resultaten in het verleden, ontwikkelingsruimte voor de toekomst.
Ramon Klaassens
Bedrijfskundige Valacon-Dairy
Ramon Klaassens
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
