BusinessCase

Commissie Nijpels & Co.

28 December 2016

Het is 18 februari 2016 als de brief van onze Staatssecretaris van Economische Zaken Martijn van Dam bij ons allen op de deurmat valt. Er is opnieuw een commissie in het leven geroepen voor de veehouderij. De Commissie voor de toekomst van de Veehouderij moet zorgen voor een betere maatschappelijke inbedding van de intensieve veehouderij. Maar de Commissie Nijpels bestaat uit een zestal leden die geen van allen een rechtstreekse binding hebben met de veehouderijsector. Desondanks moet de commissie deze zomer met voorstellen komen.

De Commissie Nijpels is niet de eerste commissie die zich over de veehouderij moet buigen. De afgelopen jaren  passeerden de Commissie Alders gevolgd door de Commissie Van Doorn reeds de revue. Ook zij hadden de opdracht aanbevelingen te doen voor een gezonde, veilige en gewaardeerde veehouderij.

Motor van de economie

De redenen van Van Dam voor het instellen van de commissie zijn zeker niet verkeerd. De Nederlandse agrarische sector heeft zich ontwikkeld tot een wereldspeler. Dat blijkt wel uit de tweede positie op het gebied van agrarische export. De sector is ook een ware motor voor de economie. Ze is toonaangevend waar het gaat om innovatiekracht en het ontwikkelen van nieuwe kennis. En last but not least, ze kan – met het oog op de groeiende wereldbevolking – een bijdrage leveren aan de wereldwijde voedselzekerheid. En toch wringt de schoen. Door de vraagstukken over het dierenwelzijn en het milieu staat de maatschappelijke waardering onder druk. De commissie moet daarom niet alleen met concrete voorstellen komen voor het verbeteren van de economische perspectieven, maar juist ook met voorstellen voor verdere verduurzaming en voor versterking van het maatschappelijk draagvlak.

Geen agrariërs

Echter: over input van de mensen die dagelijks met deze vragen te maken hebben, wordt met geen woord gerept. Aan degenen die met hun voeten in de klei staan, wordt niet gevraagd om een standpunt of een visie. Je vraagt je toch af wat daarvan de reden is. En stiekem erger ik me daar natuurlijk ook aan. Ben ik misschien toch nog te veel agrariër? Het zou kunnen. Maar ik ben gelukkig niet de enige, zo is inmiddels gebleken. Albert Jan Maat, voorzitter van de LTO, sloeg wat mij betreft de spijker op zijn kop toen hij stelde: ‘Het is over u, maar zonder u. Dit is regentisme’.

Gelukkig heeft commissievoorzitter Ed Nijpels dat zelf ook ingezien en heeft hij – samen met de LTO – het verzoek ingediend om de adviesaanvraag onder de vlag van de SER uit te laten voeren. Een goede zaak: zo kunnen de afgevaardigden van de veehouderijsector hun inbreng leveren als dat verzoek hun bereikt. Ze zitten in elk geval aan dezelfde tafel. Maar garanties biedt dat alles natuurlijk niet. Het tijdspad tot de zomer is inmiddels half verstreken.

Er zal ongetwijfeld heel hard worden gewerkt aan het front van de Commissie, maar het is akelig stil in de media. Welke voorstellen zullen op tafel komen? En wanneer? Gezien de voorspellingen dat we een lange, warme zomer tegemoet gaan, gaat dat waarschijnlijk nog wel even duren. Misschien concluderen de commissieleden wel dat het hoog tijd is voor een nieuw ministerie voor onze prachtige agrarische sector. Maar wellicht is hier de wens de vader van de gedachte… â– 

Deze businesscase is powered by:
Regenradar
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden