Wereldwijd is in de afgelopen maanden een rigoureus einde gekomen aan de alsmaar stijgende prijzen voor akkerbouwproducten. Waar velen bezorgd waren voor voedseltekorten, is deze angst voorlopig van tafel geveegd. Graanschuren, opslagplaatsen en sleufsilo’s puilen op vele plekken in de wereld uit, met sterk dalende voerprijzen tot gevolg.
Tegelijkertijd stimuleren sterk dalende olieprijzen een verdere daling van voerprijzen in 2015. Goed nieuws voor consument en veehouders, slecht nieuws voor akkerbouwers. Interessant is te analyseren wat de oorzaak is geweest van de enorme prijsstijgingen van akkerbouwproducten in de laatste zeven tot acht jaar.
Begin deze eeuw ontstond het besef en de angst dat olievoorraden niet onuitputtelijk zijn. Er werd gezocht naar alternatieven. Deze werden onder meer gevonden in ethanolfabrieken, die zoals bekend niet de meest efficiënte bron van bio-energie zijn. Een beetje ethanolfabriek kostte al snel 160 miljoen dollar, terwijl de winstgevendheid puur en alleen afhankelijk was van subsidies die de overheid verstrekte.
De Amerikaanse overheid verstrekte enorme subsidies om de ethanolproductie en ook de afzet van de brandstof op gang te helpen. Realiteit is dat dit geld grotendeels indirect bij de akkerbouwers terecht kwam. De ethanolfabrieken bleken zeer grote hoeveelheden ruwvoer nodig te hebben, dat tot die tijd lokaal als veevoer werd afgezet. Hierdoor moesten veehouders plotseling concurreren met de ethanolfabrieken voor de aankoop van ruwvoer.
Ondanks de financiële crisis stegen wereldwijd de opbrengstprijzen van landbouwproducten tot ongekende hoogten. Deze prijsstijging werd verder gevoed door misoogsten in delen van de Verenigde Staten in meerdere jaren. Deze ontwikkeling van sterk stijgende prijzen voor akkerbouwgewassen heeft wereldwijd desastreuze gevolgen gehad voor veehouders. Er ontstond een jarenlange malaise, waarin vele bedrijven zware tijden hebben beleefd. In de VS daalde de slachtveestapel naar historisch lage aantallen. In januari 2014 was er in de VS zelfs minder rundvee voor vlees dan in 1951!
Uiteindelijk bracht de zomer van 2014 een ommekeer. Onder invloed van dalende energieprijzen, dalende voerkosten en record oogsten is het sentiment volledig omgeslagen. De melkveehouderij heeft in 2014 een recordjaar qua winstgevendheid mee mogen maken De Oekraïne crisis heeft gezorgd voor lagere opbrengstprijzen, maar deze worden gecompenseerd door veel lagere voerprijzen dan dat melkveehouders de afgelopen tijd gewend zijn geweest.
In de VS is het positieve sentiment van de akkerbouw voorlopig voorbij en worden er in meerdere staten grote oppervlakten akkerland te koop aangeboden. Voorlopig zijn de sterke prijsstijgingen van de laatste jaren voorbij en zijn prijsdalingen realistisch.
Daarentegen beleeft de melkveehouderij in de VS gouden tijden. Historisch hoge melkprijzen in combinatie met historisch hoge opbrengstprijzen voor slachtvee en kalveren vullen de ontstane tekorten op de bankrekeningen van enkele jaren geleden weer snel aan. Holstein stierkalveren brengen deze periode in de VS 400 tot 500 dollar op en kruisling vleeskalveren gaan richting 600 dollar per dier! Ook slachtkoeien brengen deze periode enorme bedragen op, tot wel 2.000 dollar voor een zware Holstein koe.
De enorme schommelingen in opbrengstprijzen tussen producten in de akkerbouw en de veehouderij zijn voor een groot deel veroorzaakt door overheidsbemoeienis in de VS. Had de overheid immers geen subsidies gegeven voor de promotie van ethanol, dan hadden de extreme inkomsten voor akkerbouwers en daarmee ontstane crisis in de wereldwijde veehouderij lang niet de vormen aangenomen die we nu gezien hebben.
Samenvattend: overheidsingrijpen in landbouwproductie is geen goede zaak. Er kunnen zowel lokaal als internationaal storingen optreden in de marktverhoudingen. Uiteindelijk heffen deze storingen zichzelf weer op met alle gevolgen van dien voor betrokkenen. Het gevaar is echter dat deze tijdelijke marktverstoringen uiteindelijk voor vele familiebedrijven niet houdbaar zijn en we naar een steeds verdere industrialisatie van de landbouwproductie gaan.
Daarom moeten we naar een gezonde landbouw zonder directe afhankelijkheid van subsidies of sturing door overheidsingrijpen, waar ook ter wereld. Subsidies kunnen een rol blijven vervullen in het geval dat bepaalde sectoren of regio’s onevenredig worden getroffen door rampen als bijvoorbeeld vogelgriep of weersextremen.
Tot slot natuurlijk de opmerking dat bovenstaand artikel geen allesomvattende verklaring geeft voor datgene dat we gedurende de laatste zeven tot acht jaar hebben zien gebeuren in de akkerbouw en de veehouderij. In de kern echter hebben bovenstaande ontwikkelingen hierop wel een grote invloed gehad.
René Coumans*
Directeur/eigenaar financieel adviesbureau Agriane
Twitter: @AgrianeNL
* René Coumans heeft in de afgelopen 24 jaar ruime ervaring opgedaan in de internationale agribusiness. Hij heeft in verschillende management posities in het buitenland gewerkt en daarna een tweetal jaren als consultant bij PWC. In Texas (USA) heeft hij als ondernemer een grootschalig melkveebedrijf gerund met ruim 5.000 dieren. Daarna is hij directeur geweest van een dochterbedrijf van Agrifirm in Duitsland. Sinds begin 2014 is René weer actief als ondernemer in de financiële dienstverlening in de agrarische sector.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/columnisten/column/10861470/Landbouw-en-subsidies,-een-(on)gelukkig-huwelijk?]Landbouw en subsidies, een (on)gelukkig huwelijk?[/url]
Kan niet wachten tot het markt verstorende melkquotum verdwijnt. Ben benieuwd of de 20% meer robotmelk z'n werk doet.