Het melkquotum in Nederland krijgt na 1 april een meer vriendelijke opvolger in de vorm van grond. Een vereiste waar alleen aan voldaan hoeft te worden bij een fosfaatoverschot van meer dan 20 kilo per hectare. Dit blijkt uit de brief van staatssecretaris Sharon Dijksma aan de Tweede Kamer over de algemene maatregel van bestuur (amvb).
Niet 2013 wordt het peiljaar voor de groei in de melkveehouderij, maar 2014, zo blijkt uit de brief die Dijksma aan de Tweede Kamer stuurde. 'Melkveehouders die hun bedrijf uitbreiden en daardoor meer fosfaat (als bestanddeel van mest) produceren dan zijn in 2014 deden, moeten jaarlijks aantonen dat zij over voldoende grond beschikken.'
Logischerwijs kunnen bedrijven met een 'grondoverschot' zonder problemen groeien. Voor andere geldt dat ze zonder problemen tot 20 kilo fosfaat per hectare meer mogen produceren, daarna gaat de grondeis gelden. De bedrijven met een overschot tussen de 20 en 50 kilo per hectare moeten bij uitbreiding een kwart van de extra fosfaten op extra grond binnen het eigen bedrijf kunnen gebruiken. Het restant moet geheel verwerkt worden. Dijksma geeft aan dat deze groep 15 procent van de melkveehouders betreft.
Intensieve melkveebedrijven krijgen het zwaarder. Volgens de geldende definitie zijn dat de bedrijven met een overschot van meer dan 50 kilo fosfaat. Zij moeten bij uitbreiding de helft van de extra fosfaat op extra grond afzetten. Deze groep omvat 10 procent van de melkveebedrijven.
De wet treedt op 1 januari 2016 in werking, maar gaat met terugwerkende kracht ook gelden voor 2015. Dit doordat onder de wet ook de extra mest van 2015 moet worden verantwoord volgens de verplichtingen van de amvb. Controle van het oppervlakte grond bij een bedrijf gebeurt op 15 mei, middels de Gecombineerde Data Inwinning (GDI).
Doordat het vrij lang duurde voor deze aanvullende regelgeving er kwam, 7 november 2014 aangeboden aan Tweede Kamer, maakt Dijksma een uitzondering voor degene die al in een vroeg stadium alle zaken rondom mestverwerking geregeld hadden. 'Melkveehouders die kunnen aantonen dat zij voor deze datum financiële verplichtingen zijn aangegaan voor het verwerken van hun gehele fosfaatoverschot, mogen dat overschot voor de duur van de overeenkomst laten verwerken.' De uitzondering maakt Dijksma om financiële schade bij degene die alles vroeg geregeld hebben te voorkomen.
Staatssecretaris Dijksma: 'Grondgebondenheid van de melkveehouderij verhoogt het maatschappelijk draagvlak en draagt bij aan een duurzame ontwikkeling van de sector.'
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.