Cuba, een land met pakweg 11,3 miljoen inwoners, wat op veel gebieden is blijven steken in het jaar 1950. Ruim 50 jaar geleden werd het land door de VS in de ban gedaan, maar daar komt nu op termijn verandering in en dat brengt kansen mee voor onder meer de zuivelsector, zo blijkt uit een analyse van het Amerikaanse Export Council (USDEC).
Ruim vijftig jaar hanteerde de VS een handelsembargo voor Cuba. Een land wat bij lange na niet zelfvoorzienend is op het gebied van zuivel. Qua inwoneraantal komt het land overeen met Portugal en Griekenland, maar qua oppervlakte is het net iets groter dan IJsland en kleiner dan Bulgarije. Als het gaat om de bevolkingsdichtheid staat het land op plaats 38.
De melkveehouderij loopt in vergelijking met veel andere landen hopeloos achter. Het landschap wordt gedomineerd door bedrijfjes met een handvol koeien, die een zeer lage melkproductie hebben. Daar komt bij dat voer schaars is en duur. Verwerkers van zuivel zien er uit zoals de bedrijven in Nederland er ruim vijftig jaar geleden uitzagen.
Om het tekort aan te vullen importeert het land jaarlijks 50.000 tot 100.000 ton melkpoeder. Aanbieders zijn Polen, Zuid-Amerika en Nieuw-Zeeland.
Tot nog toe bood het land weinig kansen. Zo blijkt uit de website van de Nederlandse overheid dat het land met name graag met grote bedrijven wil samenwerken. Toch liggen er kansen op de loer. Zo heeft de Cubaanse overheid in 2014 nieuwe regelgeving aangenomen over buitenlandse investeringen. Daarmee moedigen ze joint ventures tussen Cubaanse en niet Cubaanse bedrijven aan.
Voor het eerst in jaren geeft Cuba hiermee andere de kans zich met de import van producten bezig te gaan houden. Tot nog toe was dat recht voorbehouden aan Alimport, het inkoopbedrijf van de overheid. Voor Cuba is het met name een manier om het bruto binnenlands product sterk te laten stijgen.
Nu het er alle schijn van heeft dat Amerika weer vrienden wil worden met Cuba en het handelsembargo wordt versoepeld, dan wel verdwijnt, komen er nog meer kansen bij. Nu al stelt het USDEC dat Amerikaanse aanbieders de markt op twee verschillende manieren kunnen benaderen.
De eerste is via de toeristen. Er wordt rekening mee gehouden dat binnen enkele maanden Amerikaanse toeristen weer welkom zijn in Cuba. Pech voor Nederlanders die een Amerikaan vrije vakantie willen, maar goed nieuws voor het zuivelfront. Door de stroom toeristen neemt namelijk de vraag naar melk, yoghurt en kaas vanuit de hotels toe en die kan Cuba niet zelf invullen.
Een andere manier is te vergelijken met wat FrieslandCampina doet in China. De samenwerking zoeken met lokale bedrijven en zo van de grond af aan iets opbouwen. Het USDEC rekent zelfs op een economische revolutie in Cuba wanneer het handelsembargo weg valt.
Voor Europa houdt het in dat er aan de ene kant meer mogelijkheden komen om producten te exporteren. Aan de andere kant komt er meer ruimte op de wereldmarkt wanneer de vraag vanuit Cuba toeneemt, ongeacht wie die gaat invullen.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.