Lemken zaaimachine is baas over de trekker

Nu (graan)zaaimachines steeds breder worden is ook de kans steeds groter dat op kopakkers flink wordt overlapt. Dat kost zaaizaad en benadeelt de plantgroei. Om exact op het juiste moment in- en uit te schakelen laat Lemken de zaaimachine de baas worden over je trekker. Dat wordt Tractor Implement Management System (TIM) genoemd. Dit is bij de meest luxe uitvoering het geval.

Zelfs op de relatief rechte percelen in Nederland heb je altijd overlap met een zaaimachine, omdat je een veiligheidsmarge inbouwt als chauffeur. Met een zaaimachine van zes meter en een overlap van één meter praat je al over zes vierkante meter die wordt overlapt, per werkgang. Dat kost zaaizaad en, door de dubbele zaaizaadhoeveelheid groeit het gewas niet optimaal. Plekken met een volle stand gaan eerder plat. Verschillende fabrikanten rusten hun machines daarom met automatische sectieafsluiting uit. Lemken volgt nu ook, en laat de zaaimachine in het meest extreme geval zelfs de trekker besturen.

De sectiebesturing van de Solitair zaaimachine heet HeadlandCommand. Via de CCI 200 Isobus-terminal bedien je de zaaimachine. Met behulp van een RTK-gps signaal schakelt de machine zelf zijn secties in of uit. De sectiebreedte is 1,50 meter, omdat Lemken op die breedte één verdeelkoop heeft zitten. Voor het in- en uitschakelen wordt een exact punt aangemaakt door de computer. Hier omheen creëert hij een ‘signaalzone’. Vanaf het begin tot het einde van de zone mag je als chauffeur de snelheid van de trekker niet veranderen. Anders klopt de afgifte niet meer.

Wie dat teveel werk vindt kan een stapje verder gaan en kiezen voor de Tractor Implement Mangement System module. Kortweg TIM genoemd. Hierbij stuurt de zaaimachine een signaal naar de trekker en varieert hij de snelheid automatisch.

Lemken kan al een systeem voor automatische in- en uitschakeling leveren. Dat gebeurt echter hydraulisch. ‘In Nederland lopen twee van deze zaaimachines die de volledige werkbreedte kunnen schakelen’, legt Hans Hoogland van Lemken uit. ‘Dat werkt prima. Beschik je over een elektrische uitvoering, dan vallen de kosten met 780 euro relatief mee. Je hebt echter wel een RTK GPS signaal nodig, maar dat is in Nederland vaak geen probleem.’

In navolging van andere Europese landen wordt het in Nederland steeds gangbaarder om spuitsporen niet meer in te zaaien. De machine doet dat automatisch en telt hiervoor het aantal werkgangen. Dat systeem gaat snel de fout in, wanneer je bijvoorbeeld de zaaimachine tussentijds eens opheft. Lemken biedt daarom als optie TramlineControl aan. Hierbij wordt een GPS signaal gebruikt om de positie van de spuitpaden te bepalen. Sla je werkgangen over, dan blijven de sporen exact op de juiste plaats liggen.

Zowel de module voor spuitsporen als de sectieafsluiting bedien je via de CCI 200 Isobus-terminal. Daarvoor moet je wel een elektrische uitvoering van de Solitair graanzaaimachine hebben.

HeadlandCommand bepaalt wanneer de zaaimachine - per sectie van 1,50m - moet schakelen. Daarvoor wordt een begin- en eindzone gecreëerd. Dat zijn de bruine lijnen in dit voorbeeld. Bevind de combinatie zich tussen deze lijnen, dan mag je niet van snelheid veranderen. Optioneel regelt de zaaimachine zelf de snelheid.

© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.