Aaltjes brengen Schotse pootgoedteelt in het nauw

Een kwart van alle akkerbouwpercelen in het Verenigd Koninkrijk is besmet met het aardappelcystenaaltjes. Dat is vooral voor pootgoedtelers in Schotland een groot probleem aan het worden. Dit blijkt uit een enquête gehouden onder ruim 200 Britse aardappeltelers.

De Kleffmann Group vroeg 202 telers naar de mate van besmetting met het aardappelcystenaaltje, hoeveel grond zij huren voor de aardappelteelt en hoe ze phytophthora bestrijden. De ondervraagde telers zijn samen goed voor 20 procent van het Britse aardappelareaal, schrijft Farming UK.

In alle teeltgebieden van het Verenigd Koninkrijk speelt aardappelmoeheid een rol. Die is vooral in het oosten en noordwesten van Engeland een probleem. Echter, Schotse pootgoedtelers zijn het meest afhankelijk van huurland. Juist gehuurde percelen vormen een groter gevaar voor besmetting.

Uit het onderzoek blijkt dat landelijk gezien bijna 40 procent van alle aardappelen op huurgrond wordt geteeld. In Schotland wordt met 57 procent het meeste land gehuurd voor de teelt. 40 procent van het Schotse areaal - zo’n 11.000 hectare - is bedoeld voor pootgoed. Het levert daarmee 80 procent van al het uitgangsmateriaal in Engeland. Met 12 procent is aardappelmoeheid in Schotland – ten opzichte van andere Britse gebieden – relatief klein. Maar, de gevolgen zijn er wel het grootste. Is een perceel besmet, dan mag er geen pootgoed meer worden geteeld.

Het oosten en noordwesten van Engeland – de meest intensieve teeltgebieden – hebben ook de hoogste mate van besmetting. 36 procent in beide gevallen. Het zuidwesten heeft slechts een besmetting van 3 procent.

Een groot punt van zorg ook is de aantasting van phytophthora. De populatie is in de laatste jaren veranderd en wordt nu gedomineerd door de agressieve en virulente genotype Pink 6 en Blue 13. Deze kunnen zich beide bij lagere temperaturen reproduceren, hebben een snellere levenscyclus en produceren meer sporen. Desondanks blijkt uit de enquête dat telers hier maar weinig op anticiperen. Toch zegt drie van de vijf ondervraagde zijn strategie in gewasbescherming te gaan wijzigen.

40 procent van de telers gaf aan nog niets in hun gewasbescherming te hebben gewijzigd. De meerderheid heeft dat dus wel gedaan. 15 procent spuit vaker en 14 procent gebruikt andere middelen. Slechts 1 procent gaf aan meer geld te besteden aan de gewasbescherming tegen phytophthora.

© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.