Wie een vlugge blik op de contractprijzen voor fritesaardappelen werpt, valt de prijswijzigingen niet snel op. Die zijn dan ook minimaal. Het nieuws zit hem vooral in wat de verwerkers niet vertellen, of niet van de daken schreeuwen. De afzet loopt stroef en dat betekent matigen voor fritesproducenten, zonder dat telers ontmoedigd worden.
Grofweg geschetst laten alle aardappelverwerkers, met uitzondering van Aviko, de Fontane-prijs in de aflandperiode dalen. Voor Innovator doen alleen Lamb Weston en Agristo dat. In de andere leverperiodes laten nagenoeg alle verwerkers hun contractprijzen voor Fontane gelijk. Uitzondering op deze regel is Lamb Weston. Die verlaagt ook Fontane nog in week 17.
Onbalans bij Innovator
Voor Innovator ligt dat verhaal anders. De vraag- en aanbodbalans van dit ras is gedurende het huidige seizoen behoorlijk scheef geraakt, wat goed merkbaar is in de markt. Dit heeft er ook in geresulteerd dat de contractprijzen (uit de bewaring) bij sommige verwerkers stijgen. Lamb Weston en McCain verhogen hun prijzen. Clarebout komt voor het eerst met een contractprijs voor dit ras in week 17. Eind juni doen de Belgen niet meer mee. Van de Nederlandse verwerkers stijgt alleen bij Lamb Weston de prijs, die daarmee weer in gelijke tred loopt met de concurrenten.
Deze (relatief kleine) wijzigingen zorgen ervoor dat de contractprijzen voor zowel Fontane als Innovator vanuit de bewaring (week 17 en 26) opnieuw stijgen. Het gaat niet om noemenswaardige verschillen. Zo krijgt Innovator er eind juni 36 cent per 100 kilo bij en Fontane 13 cent. Dat mag nauwelijks naam hebben. Ondanks dat de vrije marktprijzen voor Fontane en Innovator een flink verschil tonen, is dat in de contracten veel kleiner. Fabrieken hebben bewust prijzen aangepast om de prijsrange niet te veel uit de band te laten schieten.
Industrie niet mee met teler
Telers hinken op twee gedachten. Vanaf de Interpom werd uitgegaan van 1 tot 2 cent prijsverlaging. Fabrieken hoorden dat aan en besloten te anticiperen. De grootste verlaging zit bij Fontane af land. Zelfs daar gaat het om een relatief bescheiden 45 cent. De andere gedachte is dat de contractprijs juist omhoog moet. Dit om kostenstijgingen te compenseren en anderzijds het toegenomen teeltrisico. Prijsstijgingen van 2 tot 3 cent zijn genoemd als ambitie. De industrie vindt dat niet reëel.
Niet alleen de individuele prijssegmenten zoeken een balans. Dat geldt ook voor de Europese verwerkers. Welk areaal en welke opbrengst passen bij de huidige verwerkingscapaciteit in de EU-4 en hoe groot is die eigenlijk? In 2017 verslikte de sector zich in een monsteroogst, van 23,5 miljoen ton consumptieaardappelen. Afgelopen jaar is misschien wel een miljoen ton meer aardappelen gerooid, maar dat heeft de markt niet in mineur gestort. In tegendeel, de prijsvorming wekt juist verbazing op. Vooral bij de verwerkers. Tegelijkertijd volgen nieuwe prijsstijgingen elkaar ogenschijnlijk zonder veel moeite op.
Afzetmarkt
Als je je oor te luisteren legt bij de grote verwerkers dan is dit verre van vanzelfsprekend. De afzet van eindproduct vanuit Europa laat duidelijk een teruggang zien. Daarbij blijft het hoge prijspeil wel gehandhaafd, dus het is zeker geen kommer en kwel. Dat is ook een belangrijke reden waarom verwerkers de prijsverdubbeling van aardappelen dit seizoen (tussen half november en begin februari) voor lief hebben genomen. Ze moesten ook wel, want telers hanteren een 'buigen of barsten'-tactiek. Met succes kun je wel zeggen.
Alle verwerkers geven aan dat ze positief blijven over de vraag op de middellange termijn. Op de korte termijn ligt dat anders. Er is meer concurrentie op de wereldmarkt, volumes staan onder druk en daarmee ook de prijs. Tegelijkertijd hebben ze er geen behoefte aan om de stemming onder telers de grond in te boren. Teeltjaar 2024 had ook anders kunnen uitpakken.
Je kunt zelfs stellen dat de forse areaaluitbreiding hun redding is geweest. Die steeg met een dikke 55.000 hectare in de EU-4. Met een gemiddelde opbrengst van 42,3 ton per hectare praat je over ruim 2,3 miljoen ton aardappelen, terwijl het verschil met 2023 1,58 miljoen ton bedraagt. Er is dus veel potentie blijven liggen.
Areaal groeit opnieuw
Aardappelverwerkers zijn unaniem in hun geloof dat het areaal dit jaar opnieuw stijgt. Vorig jaar werd een absoluut record bereikt van ruim 575.000 hectare. Opnieuw een explosieve stijging is niet aannemelijk, maar een stijging van enkele duizenden hectares is niet uit te sluiten. Telers hebben weinig alternatieven die een soortgelijk rendement bieden. Zeker met een afgekoelde uienmarkt. De aardappelindustrie weet dat en speelt hierop in.
De contractprijzen die Boerenbusiness publiceert zijn de 'kale prijzen', zonder toeslagen en premies. Zo heeft bijvoorbeeld Agristo vanaf dit jaar aparte prijzen voor direct af land leveren en gereinigd leveren uit de schuur. Waar verwerkers niet graag inzicht in geven zijn de pootgoedprijzen. Bij de meeste bedrijven stijgen de prijzen. Met exacte bedragen lopen ze niet te koop. Handelshuizen willen niet langer prijsafspraken maken en garanderen alleen nog volumes. Daarmee komen zij hun eigen telers tegemoet, maar kampt de consumptieteler met een verdere kostprijsverhoging. Mede hierdoor voelen veel akkerbouwers het resultaat onderaan de streep als 'achteruitboeren'. Zeker wanneer je dit seizoen niet kunt profiteren van de vrije markt omdat de kilo's tegenvallen en de kwaliteit mist.
Kansen pakken
Wie kostendekkend wil blijven telen, doet er goed aan om zijn teelt- en verkoopstrategie tegen het licht te houden. Teel ik het ras dat bij mijn grond en bedrijf past en in welke periodes lever ik af? Hoeveel risico wil en kan ik lopen? Gebruik ik het juiste verkoopinstrument? Kansen blijven bestaan, maar ze pakken wordt er niet eenvoudiger op. Contracten zijn een veilige keus, maar ook niet (veel) meer dan dat.