Uit het Landbouw Economisch Bericht van het Landbouw Economisch Instituut (LEI) blijkt dat het opvolgingspercentage in de agrarische sector is toegenomen. In 2008 had 29 procent van de bedrijven een opvolger. In 2012 is dit toegenomen tot 35 procent. LTO-voorzitter Albert Jan Maat is positief over de ontwikkelingen.
Met een opvolgingspercentage van 35 procent doet de agrarische sector het beter dan andere sectoren. Bovendien neemt het aantal bedrijven met een kleiner percentage af dan in andere jaren het geval was en blijft de land- en tuinbouw het ondanks de crisis goed doen. ‘De agrosector blijft een motor van onze economie: de bijdrage van ongeveer 10 procent aan de nationale economie is stabiel’, zegt Maat.
Hoewel 35 procent van de bedrijven in 2012 een opvolger op het oog had, speelt de bedrijfsgrootte wel een rol. Grote bedrijven, met een standaardopbrengst van meer dan 1 miljoen euro, hebben in 79 procent van de gevallen een opvolger. 25 procent van de bedrijven met een standaardopbrengst van minder dan 500.000 euro hebben een opvolger.
Maat is niet verbaasd over deze cijfers. ‘De inkomensperspectieven zijn beter en de bedrijfsresultaten in de meeste sectoren laten in 2012 een wat gunstiger beeld zien, al was 2011 wel een heel mager jaar. Ook kleinere bedrijven kunnen weldegelijk perspectief hebben, al hebben zij soms een neventak. De verschillen tussen vergelijkbare bedrijven in dezelfde sector zijn erg groot en dit geldt ook voor kleine bedrijven.’
Ondanks de positieve bijdrage van de agrosector aan de Nederlandse economie en een toenemend aantal opvolgers, ziet Maat ook enkele knelpunten. ‘Met het mest- en mineralenbeleid moet er een schep bovenop, denk vooral aan mestverwerking en ook het gebruik van aangepast voer’, aldus de LTO-voorzitter.
Een ander zorgpunt is, met uitzondering van melk, de ontwikkeling van producentenprijzen. Op de lange termijn is sprake van een dalende trend terwijl de trend voor consumentenprijzen stijgend is. Maat benadrukt dat de LTO zich blijft inzetten voor een meer gelijkmatige verdeling van marges in de keten, zodat bij alle partijen een redelijk aandeel van de uiteindelijke opbrengstprijs terechtkomt.
Ondanks dit is Maat optimistisch over de kansen voor verdere verduurzaming in vrijwel alle sectoren. De LTO-voorzitter ziet een kentering in het afschuiven van problemen op het gebied van milieu, dierenwelzijn en energie op het bordje van de boeren en tuinders. ‘Er dient zich nu een kentering aan waarbij de hele keten inclusief supermarkten hun verantwoordelijkheid beginnen te nemen. Ze willen ook hun aandeel leveren in ‘beter produceren met minder energie en grondstoffen’. De mogelijkheden voor verdere verduurzaming van de agrarische sector worden hierdoor beter. Dit vergroot ons toekomstperspectief op de langere termijn.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.