Grondcapaciteit remt kansen na melkquotum

Melkveehouders in de Europese Unie hebben zijn zich al sinds 2006 voor aan het bereiden op het einde van het melkquotum. De Rabobank verwacht dat het einde van het melkquotum tot een nog sterkere concentratie van de productie in de belangrijkste melkproducerende landen gaat leiden.

In het rapport New Dawn for European Dairy, spreekt de Rabobank de verwachting uit dat de wereldwijde vraag naar zuivel de komende jaren sterk gaat toenemen, maar dat de groeiende vraag niet louter positief is. Ook zegt de Rabobank dat hoewel het melkquotum wordt afgeschaft, er verschillende steunmechanismen en reguleringsinstrumenten de markt blijven sturen.

In aanloop naar de afschaffing van het melkquotum, hebben melkveehouders in de Europese Unie fors geïnvesteerd in de capaciteit. In de periode tussen 2006 en 2014 is de productie al met 12 miljoen ton opgeschroefd. De groeiende vraag naar zuivel op de wereldmarkt, is de belangrijkste aanjager voor de uitbreidingen geweest.

De Rabobank verwacht dat de vraag op de wereldmark de komende jaren blijft toenemen. Het samengestelde, jaarlijkse groeipercentage ligt in de periode van 2014 tot 2020 zelfs boven de twee procent. De stijging is het gevolg van bevolkingsgroei, verstedleijking, globalisering, maar ook van welvaartsgroei.

Om van de groeiende vraag te kunnen blijven profiteren, kan de productie verder worden vergroot, maar dan moet de prijs van rauwe melk wel een grote sprong maken. Om de productie uit te breiden, moeten noordwestelijke landen van de EU namelijk niet alleen in capaciteit, maar ook in grond investeren.

Dit brengt uitdagingen met zich mee, want volgens de Rabobank is de maximale capaciteit van de grond in de EU bereikt en daarnaast drukken de gemiddeld hoge productiekosten van de EU in vergelijking met andere productieregio’s de marges. Melkveehouders in de Europese Unie moeten concurreren met goedkopere melk uit andere landen waar de consolidatie van landbouwbedrijven en de efficiencyslag sneller is verlopen.

Ook de Nederlandse melkveehouder kan niet op zijn lauweren rusten. De goede internationale concurrentiepositie van vandaag biedt geen garantie voor succes over 10 jaar.  Rabobank merkt op dat de Nederlandse melkveehouderij zich naast een hoge verwaarding van elke liter melk meer dan voorheen zal moeten richten op een concurrerende kostprijs per liter om zich te wapenen tegen de hoge prijsvolatiliteit en de opkomende internationale concurrentie.

 Schaalvergroting en productieconsolidatie om de kostprijs te verlagen zijn in Nederland niet zo eenvoudig te realiseren. Productconsolidatie heeft in Nederland in de afgelopen jaren al volop plaats gevonden. Het succes van ruim éénderde van de 18.000 Nederlandse melkveehouders die zich op kostprijsniveau prima kunnen meten met veel grotere buitenlandse concurrenten toont aan dat schaalvergroting op zich ook geen must is. Het ondernemerschap en de operationele efficiëntie van deze kopgroep moeten als voorbeeld dienen voor de rest van de Nederlandse melkveehouderij.

© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.