Melkveehouders gaan kredietmaximum voelen

Tot 1 juli dit jaar konden melkveebedrijven nog aan hun betalingsverplichtingen voldoen, maar in de tweede helft van 2015 krijgen meer melkveehouders te maken met tekorten en zullen zij aanlopen tegen het kredietmaximum in hun rekening courant, zo verwacht Flynth.

In de eerste helft van 2014 bedroeg het melkgeld exclusief nabetaling bijna 43,5 cent en in 2015 ruim 33 cent. De melkproductie ligt enkele procenten hoger in 2015. Al met al is de melkopbrengst ruim 20 procent lager. Aan de kostenkant is het beeld wat wisselend; de voerkosten zijn 4 procent lager dankzij vooral krachtvoer. De overige toegerekende kosten zijn 1 procent hoger door vooral hogere mestafzetkosten. Alles wat met grond en gebouwen samenhangt is samen 6 procent lager. Er resteert voor arbeid, rente en privé per bedrijf ruim 40.000 euro minder. Dat is uitgedrukt per kg melk bijna 10 cent minder. Op basis van deze resultaten konden bedrijven – gemiddeld -  tot 1 juli nog aan alle betalingsverplichtingen voldoen.

Wanneer de melkprijs de komende maanden op hetzelfde lage niveau blijft, dan wordt de melkprijs in 2015 gemiddeld zo’n 11 cent per kg lager dan in 2014. Er is in 2015 tot 1 juli slechts 2 procent meer gemolken dan in 2014. De jaren ervoor was de stijging sterker met 6 procent in 2013 en 3,5 procent in 2014. De verwachting is overigens wel dat de groei voor heel 2015 hoger uitpakt, want in juli 2015 is 10 procent meer gemolken. Het verwachte bedrijfsresultaat (groep bedrijven met gemiddeld 870.000 kg melk) is in 2015 ongeveer 85.000 euro lager dan in 2014. Flynth verwacht dan ook dat in de tweede helft van 2015 meer melkveehouders te maken krijgen met tekorten en dus aanlopen tegen het kredietmaximum in hun rekening courant.

Hierbij tekent Flynth aan dat de variatie tussen bedrijven groot is. De kritieke opbrengstprijs voor melk is momenteel gemiddeld zo’n 37 cent. Dat is de melkprijs waarmee een melkveehouder aan alle lopende verplichtingen kan voldoen. De spreiding is echter groot, want er zijn ondernemers die voor 30 cent kunnen melken en er zijn ook melkveehouders die 40 cent of meer nodig hebben. De verschillen worden veroorzaakt door twee componenten: beslissingen uit het verleden, vooral zichtbaar middels leningen voor investeringen, en het resultaat van de bedrijfsvoering.

Wat de melkprijs de komende maanden gaat doen is onzeker. De algemene verwachting is dat die op langere termijn weer gaat stijgen, omdat de vraag naar zuivel al jaren structureel stijgt. Wanneer de stijging inzet, hangt af van de boycot van Rusland en van de ontwikkelingen in China waar de voorraden nu nog hoog zijn. Verder hangt het natuurlijk ook af van de productie wereldwijd.
Flynth adviseert melkveehouders te werken aan hun weerstand tegen fluctuaties in prijzen, want het is zeker dat die de komende jaren vaker terugkomen.

© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.