Rampzalig weer ook effect op ruwvoer

De kolven beginnen zichtbaar te worden in de maïsplanten en daarmee kan nog beter de balans opgemaakt worden. In het noorden van Nederland ontspringen veehouders de dans en staat de maïs er goed bij. Vervolgens geldt dat hoe zuidelijker het land ligt hoe beroerder de kwaliteit van de maïs. Vooral in België is de stand van het gewas zorgelijk. 

Een week eerder zag het er naar uit dat de krappe balans van melkveehouders een prijsstijging ging boycotten, maar daar komt begin augustus verandering in. Het zuiden snakt naar maïs en dit drijft de prijs op. Zo wordt vanuit meerdere hoeken een prijs van 65 euro per ton franco boerderij gemeld. De onderkant van de markt ligt op 52 euro. Het betekent een gemiddelde van 58,5 euro per ton franco boerderij. 

Nu het weer zoveel weerslag heeft op de ontwikkeling van de maïsplant worden er voor nieuwe oogst geen prijzen meer genoemd. Waren de melkprijzen hoger dan was er geen reden voor zorg, maar nu die zich nog steeds op een laag niveau beginnen wordt er toch met zorgelijke ogen naar de koers van de prijs gekeken. 

Ook in het gras zijn de ontwikkelingen divers. De een heeft de derde snede op de plaat, een ander de vierde snede. Doordat de laatste snede als gevolg van regenval later was dan gewenst is op veel plaatsen het gras aan de lange kant geworden. Het heeft zijn weerslag op de handel in structuurproducten, want nu wordt er eerst gekeken of er met het lange gras wat ingevuld kan gaan worden.   

Een andere ontwikkeling is dat veehouders die doorgaans meer gefocust zijn op de inzet van snijmaïs nu kijken naar gras. Het levert in het zuiden van Nederland oplopende prijzen op voor droge stof. Van een 1,20 pakt dit door naar 1,60 tot 1,70 euro per procent droge stof. 

Ook in het stro is er een vaste ondertoon. Hier speelt de oogst van Frankrijk een rol. Het natte weer heeft zijn weerslag op het binnenhalen van tarwe en dus ook van stro. Tegelijk vallen opbrengsten niet mee en halen die op plekken niet eens de helft van het gemiddelde. Franco boerderij komt de prijs van gerste- en tarwestro uit op 100 tot 115 euro per ton. Mondjesmaat komt er ook wat Nederlandse stro beschikbaar. 

Weidehooi is lastiger te duiden. Wanneer het weer oogsten toelaat leeft de markt op, maar begin augustus is de boel weer tot rust gekomen. De prijs beweegt tussen de 140 en 175 euro per ton franco boerderij.   

Alleen prijzen van graszaadhooi bewegen amper. Engels Raai begint op 100 euro per ton tot een 140 euro per ton franco boerderij voor Roodzwenk.

Ten slotte nog een korte blik op de bierbostel. Het product vindt gretig aftrek onder de veehouders. Ook als aanvulling van het zogenaamde watergras. Het levert hogere prijzen op.   

Zo tekent zich een grotere vraag naar zetmeel af. Iets wat in de loop van het jaar voor oplopende prijzen kan zorgen. Vraag is hoeveel veehouders financieel kunnen dragen. Ondertussen zijn er nog steeds melkveehouders die groeien in afwachting van de fosfaatrechten. Waarmee de vraag naar veevoeders blijft. 

Meer voerprijzen