Een lichte trekker, met de wielen op een spoorbreedte van 3,15 meter, rijdt door een perceel aardappelen. De chauffeur hoeft niet te sturen en de rooier staat ook op breed spoor, net als de naastrijdende trekker met kipper. Het ultieme toekomstbeeld voor de rijpadenteelt? Misschien, maar we praten hier over beelden van zestig jaar geleden.
Begin jaren zestig waren onderzoekers van proefboerderij De Oostwaardhoeve in Slootdorp er al over uit: gewassen telen op onbereden grond resulteert in veel teelttechnische voordelen. Daarom werd begin jaren zestig al flink geëxperimenteerd met deze techniek. ‘Bedden’ van 3 meter breedte, een automatisch stuursysteem en alle machines op breed spoor. Zelfs voor het ploegen en oogsten werd een methode uitgevonden om deze teelttechniek in stand te houden. Het project bracht echter nooit de verwachte doorbraak.
Zo’n tien jaar geleden werd het wiel opnieuw uitgevonden, maar de toepassing ervan blijkt beperkt. Alleen de biologische telers lijken de techniek omarmt te hebben, en zelfs daar valt het niet mee. Dankzij de komst van rtk-gps werd controlled traffic farming, zoals de techniek internationaal heet, lijkt de doorbraak voor de rijpaden echter dichtbij. Vooral de biologische akkerbouwers zien het nut van het systeem.
Naast de bekende voordelen zorgt de beddenteelt er namelijk ook voor dat de onkruiddruk lager ligt. In Nederland pionierde de biologische telers Van Beek en Korteweg uit Langeweg, Noord-Brabant, veel met de techniek. In het voorjaar lukte het ze alle werkzaamheden vanuit hetzelfde spoor uit te voeren. Bij de oogst loopt het echter nog steeds spaak. Kippers en oogstmachines rijden over heel het perceel. Dat blijft de grote bottleneck van dit idee.
-
Wereldwijd gezien is het vooral Australië die de kar trekt. CTF heeft namelijk nog een groot voordeel. Het zorgt ervoor dat de bodem minder snel uitdroogt. In ons land werkt het juist precies andersom. Omdat de natuurlijke bodemstructuur intact blijft kan het (overtollige) water juist sneller weglopen. Daar wordt de techniek vooral toegepast in combinatie met een minimale grondbewerking of directzaai.
Het grote voordeel daar is dat bijna altijd met graangewassen wordt gewerkt. Een maaidorser en overlaadwagen laten zich makkelijker aanpassen voor rijpaden dan een aardappelrooier en kipwagens. Wat dat betreft kunnen de Nederlandse agrarische ondernemers en mechanisatiebedrijven nog weleens een belangrijke rol gaan spelen, zoals we vaker hebben gedaan op het gebied van landbouwtechniek.
Ook de conventionele akkerbouwers lijken langzaamaan meer interesse voor de rijpadenteelt te krijgen. Hier wordt meer geëxperimenteerd met verschillende systemen, zo lijkt het. Een spoorbeedte van 1,50 meter, met 4,5 meter brede machines, wordt soms toegepast. Ook een afstand van 2.25m past goed in de teelt van aardappelen en uien. Met behulp van rupssystemen en gps is tegenwoordig meer haalbaar. Een zelfrijdende vierrijïge bunkerrooier zien we allemaal graag voor de capaciteit verschijnen. Om hem echter op een spoor van 3 meter te krijgen, is een klein technisch wonder nodig.
Ik ben van mening dat we daarom van de gebaande paden moeten afwijken en met een radicaal nieuw concept op de proppen moeten komen. Door bijvoorbeeld naar andere sectoren te kijken. Bijvoorbeeld een centrale oogstwagen, zoals bij de teelt van kool wordt toegepast. Een andere mogelijkheid is om naar de geschiedenisboeken te kijken. Zo heeft het twee fase rooisysteem wellicht weer de toekomst.
De rijpadenteelt is een prachtige methode om veel (bodem gebonden) problemen mee op te lossen. Onderzoek heeft uitgewezen dat slechts een meeropbrengst van 2 tot 3 procent nodig is om de techniek zichzelf terug te laten betalen. De overige voordelen tellen we dan niet eens mee.
Voor het zover is moet op technisch vlak nog echter een flinke slag worden gemaakt. Gelukkig realiseren steeds meer grote fabrikanten de groeiende markt voor CTF. Steeds vaker worden speciaal aangepaste trekkers en maaidorsers leverbaar. Voor ons land is dat niet direct relevant. De Multitooltrac, een échte Nederlandse ‘trekker’, is dat wel. Het project maakt gebruik van knappe koppen uit Nederland.
Als de werktuigendrager een succes wordt dan hebben we als landbouwsector in Nederland goud in handen. Naast een nuttige machine voor de rijpadenteelt tackelt hij namelijk ook een ander vraagstuk: de elektrische aandrijving. Voor we zover zijn moeten alleen nog enkele valkuilen worden overwonnen.
Niels van der Boom
Techredacteur bij Boerenbusiness.nl
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/columnisten/column/10848907/Doorbraak-rijpadensysteem-kent-nog-vele-valkuilen]Doorbraak rijpadensysteem kent nog vele valkuilen[/url]