Uit gegevens van het Landbouw Economisch Instituut (LEI) blijkt dat de grondprijs de grootste factor is in de spreiding in het rendement van landbouwbedrijven. Hierdoor zijn verschillen tussen akkerbouw- en melkveebedrijven kleiner terwijl minder grondgebonden bedrijven zoals varkenshouderrijen te maken hebben met een lager rendement.
Gemiddeld boekten varkenshouderijen in de periode van 2007 tot 2011 een rendement van min 6 procent. Het rendement van 80 procent van de bedrijven ligt hierbij tussen de 0 en de min zes procent terwijl het negatieve rendement van 20 procent van de bedrijven is opgelopen tot 18 procent onder nul.
Bij akkerbouwbedrijven en melkveehouderijen zijn de spreidingen mindergroot. Akkerbouwers boekten tussen 2007 en 2011 gemiddelde rendementen die tussen de min één en 5 procent lagen. Het rendement in de melkveesector heeft een spreiding van min drie tot twee procent.
De spreiding in het rendement van de akkerbouw en melkveehouderij is kleiner doordat er sprake is van een grote, redelijk stabiele component in de vorm van herwaardering grond. Bij akkerbouwbedrijven is de waarde van grond meer toegenomen dan het gezinsinkomen. Varkensbedrijven hebben minder grond en kunnen dus minder rekenen op stijgingen van de grondprijzen
Bij akkerbouwbedrijven bedroeg de herwaardering uit grond tussen 2007 en 2011 gemiddeld 62.600 euro. Bij melkveebedrijven was dit gemiddeld 43.600 euro terwijl dit bedrag in de varkenssector op slechts gemiddeld 14.700 euro per bedrijf lag. Dit minder dan de helft van het gemiddelde van gemiddeld 35.500 euro in de land- en tuinbouw. Glastuinbouwbedrijven halen gemiddeld 37.100 euro uit de herwaardering van grond.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.