Meerdere commissies en betrokkenen uit de (poot)aardappelsector bogen zich de afgelopen 2,5 week over het wel of niet aanpassen van de norm voor groeischeuren voor klasse B. Een gevoelige kwestie, zo blijkt uit reacties op Boerenbusiness, maar de argumenten om voor te kiezen waren net iets sterker, licht senior specialist keuringsbeleid van de NAK, Henk van de Haar, toe.
De uitkomst om de norm te verruimen valt bij sommige pootgoedtelers en handelshuizen rauw op hun dak. Telers die in het seizoen extra inspanning hebben geleverd om vrij van groeischeuren te blijven en degenen die al pootgoed hebben afgeleverd en de knollen met groeischeuren in het voer hebben gedraaid, voelen zich benadeeld. ‘Dit is één van de overwegingen geweest, maar de rassen waar het hier om gaat, zijn bestemd voor de fritesindustrie en het overgrote deel daarvoor moet nog worden gedraaid. Alle geruimde partijen zijn op de oude norm weggegaan; dat heeft energie gekost, er zijn kosten gemaakt, maar alle betrokkenen hebben met elkaar ingeschat dat het effect beperkt is. Individuele telers zouden dat verwijt wel kunnen maken, maar het was op dit punt de doorslag om toch vóór te kiezen. Overigens staat niemand in het hele proces te juichen bij wat er nu gebeurt. Hier zijn niet alleen maar winnaars.’
Het voorstel van Vavi en Agrico voor normverruiming kwam 18 november bij de NAK binnen. ‘Eigenlijk te laat in het seizoen’, zegt Van de Haar. ‘Wij hebben als NAK eerder al aangegeven dat de sector vroeger in het seizoen met dergelijke voorstellen moet komen, maar dat is niet gebeurd.’ Toch heeft de NAK een positief advies gegeven op voorwaarde dat er een sectorconsultatie wordt uitgevoerd. ‘Het is erg ongelukkig als er in het lopende seizoen wijzigingen moeten worden doorgevoerd. In het verleden hebben wij al gezegd dat je dat in beginsel niet moet doen; dat is ook het uitgangspunt van de NAK. Desalniettemin schatten wij in dat de maatregel door een behoorlijk tekort aan pootgoed in fritesrassen in een grote behoefte voorziet.’
Als reactie op de bekendmaking ging de prijs van Bintje pootgoed begin donderdagmiddag 6 cent omlaag. ‘De effecten die door de versoepeling op de markt kunnen ontstaan, zijn benoemd’, weet de NAK-specialist. ‘Wij speculeren als NAK echter niet over handelseffecten en prijsbewegingen, maar wij kijken puur naar de inhoud en het sectorbelang. Neutraal en onafhankelijk. Andere partijen die bij de besluitvorming betrokken waren moeten de financiële aspecten beoordelen. Wij geven een advies af en de sector beslist.’ Dat het voorstel het sectorbelang diende, vond uiteindelijk ook de NAK. ‘De verwerkende industrie geeft nadrukkelijk aan dat ze een tekort aan pootgoed verwachten; onder meer vanwege groeischeuren, maar ook door lagere opbrengsten. Grootste vrees is dat er, als er niets gebeurt, een illegaal circuit ontstaat. Dit waren twee hoofdredenen om toch met het voorstel in te stemmen. Al ging het schoorvoetend.’
Niet iedereen is er even blij mee, stelt Van de Haar. ‘En dat zeg ik voorzichtig! Ook is iedereen in de sector voldoende geraadpleegd’, vindt hij. Het argument dat Nederlands pootgoed door het besluit in een minder goede uitgangspositie komt, weerlegt de NAK-man. ‘Voor klasse B zitten wij op de Europese minimum norm voor een paar aspecten. Groene knollen bijvoorbeeld, zijn in Europees verband niet geregeld. Ook inwendige gebreken mogen onbeperkt voorkomen; dat mag omdat de EU norm daar niet in voorziet. Wij mogen dat zelf invullen, ook voor schurft zitten wij op de EU-norm’, aldus Van de Haar.
Voor hogere klassen liggen de eisen echter aanmerkelijk scherper dan de normen van Brussel en waar andere lidstaten zich aan houden. ‘Waar wij bijvoorbeeld voor rhizoctonia slechts een lichtere besmetting van kleine sclerotiën op de knol accepteren, schrijft de EU-norm voor dat 10 procent van het knoloppervlak besmet mag zijn. Voor droogrot hanteren wij de norm slechts sporadisch; dat wil zeggen 1 knol per 250 kilo. In Europa is de norm een half procent per partij. Nederland loopt echt nog steeds voorop in kwaliteit.’
Het debat over de normen loopt wat vooruit op het NAK-plussysteem dat vergelijkbaar is met de HZPC-norm. Een systeem met aanvullende eisen bovenop de NAK-norm waarmee handelshuizen middels hun eigen kwaliteitspakket meer variatie kunnen aanbrengen. ‘Wij denken dat we in de toekomst naar een systeem toe moeten van een minimaal NAK-plateau waar bovenop iedereen zijn eigen kwaliteitsnormen kan zetten.’ Bovendien verwacht de NAK-specialist dat discussies zoals deze hierdoor in de toekomst worden voorkomen. De besprekingen en de globale uitwerking hiervan start in 2017, voordat het kan worden ingevoerd is het op zijn minst 2018.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/aardappelen/artikel/10872600/Argumenten-voor-norm-aanpassing-net-iets-sterker]Argumenten voor norm aanpassing net iets sterker[/url]
Den hollander advocaten uit zeeland is toch een kantoor met ervaring in dit soort zakenjQuery211044994334928429947_1481195560748Dat de nak niet meer onafhankelijk is dat is niet nieuw. Die dansen al jaren naar de pijpen van de grote handelshuizen. Wat mij meer stoort is dat ook de lto voorgestemd heeft!!! Dit lidmaatschap zijn ze dus per direct kwijt!! En een schadeclaim is onderweg naar de nak!!
De opmerking dat dit vooral goed is voor de industrie en niet voor de boer is niet waar.
Dit is heel goed voor de agrico boer, simpel weg omdat ze anders een heeeeeeeeeel lage uitbetalingsprijs voor hun pootgoed hadden gehad. Agrico heeft meer poters verkocht dan ze uiteindelijk hebben en daarmee zouden ze dit financieel moeten compenseren en dat had miljoenen gekost. Dus dit is de redding voor de uitbetalingsprijs van de agrico boeren.
De opmerking dat dit vooral goed is voor de industrie en niet voor de boer is niet waar.
Dit is heel goed voor de agrico boer, simpel weg omdat ze anders een heeeeeeeeeel lage uitbetalingsprijs voor hun pootgoed hadden gehad. Agrico heeft meer poters verkocht dan ze uiteindelijk hebben en daarmee zouden ze dit financieel moeten compenseren en dat had miljoenen gekost. Dus dit is de redding voor de uitbetalingsprijs van de agrico boeren.