Jubilerend Agrico heeft forse groeiplannen

Dit jaar bestaat aardappelhandelshuis Agrico veertig jaar. Met een groot feest in het Abe Lenstra Stadion in Heerenveen op 11 juni worden alle leden en personeel vermaakt met een aantal bekende sprekers over het thema succesvol ondernemen. Sinds mei 2011 is Jan van Hoogen directeur van de coöperatie. Ondanks de imposante geschiedenis kijkt hij vooral vooruit. ‘We hebben stevige groeiplannen. In Nederland, maar ook internationaal.’

U kijkt vooral vooruit zegt u; kan dat na alle hectiek rondom de verkoop van de industrietak?
‘De nasleep van de verkoop van de industrietak aan Aviko in 2010 had het afgelopen seizoen geen invloed meer. Natuurlijk was er de rechtszaak naar het enquêteverzoek dat ons tijd heeft gekost, maar voor ons is de kwestie afgerond. We staan nog steeds achter onze beslissing, maar het is een wijze les geweest. Het heeft ons wel aan het denken gezet op welke wijze we dergelijke kwesties in de toekomst kunnen voorkomen.’

Welke strategische koers heeft Agrico uitgestippeld?
‘We hebben het afgelopen jaar een strategische discussie gevoerd met onder meer het nieuwe managementteam en de raad van beheer. Na het afstoten van de industrieafdeling moet Agrico weer groeien. Groeien in de pootgoedteelt in Nederland door areaal bij een aantal leden uit te breiden die ook voor derden telen en mogelijk nieuwe leden aan te trekken. Dit willen we bereiken met onze innovatieve rassen, goede prijzen en onze kwaliteit op het gebied van afzet, logistiek en service. Daarnaast hebben we een forse ambitie in de teelt van tafelaardappelen vastgesteld. We streven naar een forse groei over de komende vijf jaar. Ook in het biologische segment waar we al 60 tot 70 procent marktaandeel in handen hebben met Bioselect, willen we nog verder groeien.’

Hoe zit het met de internationale ambities?
‘Ook in het buitenland hebben wij verdere groei voor ogen. Agrico wil actief zijn in alle grote pootgoedlanden. Zo groeiden we de laatste 15 jaar in Frankrijk al gigantisch. En we zien nog meer mogelijkheden. Bijvoorbeeld in Schotland, maar ook verder weg. China en India zijn enorme groeimarkten. Aandachtspunt daar is wel dat het kwekersrecht niet wordt gehandhaafd. Een businessmodel ontwikkelen voor dit soort landen is lastig. Daarom proberen we eerst lokale betrouwbare partners te vinden. Hierbij werken we samen met de internationale industrie. Samen met McCain hopen we bijvoorbeeld in China met een aardappelras verder te komen.’

Veel bedrijven in de agribusiness richten hun vizier op Rusland. Wellicht mede gezien het verbodregime dat het voormalige Sovjetland erop na houdt. Welke kansen ziet Agrico?
‘Agrico heeft een agent in Rusland die zelf pootgoed teelt en het is een van de landen waar we pootgoed naar toe exporteren; dit jaar komt dat voor Nederland neer op bijna 13.000 ton. Als een exportland als Algerije (landelijk 115.000 ton tot nu toe dit seizoen) de grens zou dichtgooien, zou dat voor ons een veel grotere impact hebben. Toch willen we graag alle exportlanden behouden en sturen we ook met de Europese aardappelhandelsorganisatie Europatat aan op het heropenen van de grens voor pootgoed. Maar echt een dramatische afloop zal het niet hebben Als ze in Rusland ook op de lange termijn goed uitgangsmateriaal willen krijgen, dan zullen ze onder druk van hun eigen aardappelsector de grenzen wel weer moeten openen.’

Hoe verkoopt Agrico de expansiedrift aan de leden?
‘Je moet de toegevoegde waarde van de internationale activiteiten toelichten aan de leden. Uitleggen hoe je daar je geld verdient en daarmee de pools in Nederland kunt ondersteunen. Laten zien dat het past bij visie van de organisatie die we met de leden hebben bepaald.’

Het pootgoedseizoen 2012 is ten einde. Hoe lijken de resultaten?
‘Het seizoen is net afgelopen. De laatste boot vertrok deze week naar Oezbekistan. Agrico heeft een goed seizoen gedraaid. De pootaardappelen waren van een mooie kwaliteit en de prijzen waren goed. We weten al dat er in Noord-Afrika goed geld is gemaakt en ook in het Midden-Oosten is de markt veel beter dan vorig jaar. Nu is het afwachten hoe de nieuwe aardappelen zich ontwikkelen, maar een topoogst zoals in 2011 wordt het zeker niet en dat is positief.’

© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.