Inside: Rentemarkt

Duitse doorbraak: rente langer laag?

12 Januari 2018 - Edin Mujagic

Het jaar 2017 is beëindigd met een ontwikkeling waar waarschijnlijk niemand rekening mee had gehouden, namelijk dat Duitsland te maken zou krijgen met politieke onzekerheid. Dat is echter precies wat er wel gebeurde bij onze oosterburen.

Dit artikel verder lezen?

Word abonnee en krijg direct toegang

Kies het abonnement dat bij je past
Heb je een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

Na de Duitse verkiezingen was het vrijwel meteen duidelijk dat de coalitie tussen de CDU/CSU van Angela Merkel en de SPD ten einde zou komen. De SPD verloor behoorlijk en liet weten in de oppositie te gaan zitten. Merkel, die zelf ook minder goed scoorde, moest met 2 andere partijen om de tafel.

De ene partij was zeer sceptisch over de euro en over de plannen voor een diepere integratie van de eurozone. De andere partij (de Groenen) waren juist zeer pro. Geen wonder dus dat die gesprekken op niets uitliepen.

Twee mogelijkheden
Toen bleven er nog 2 mogelijkheden over: nieuwe verkiezingen of de CDU/CSU en de SPD zouden alsnog samen doorgaan. De SPD was echter, zoals eerder ook al werd gezegd, eigenlijk niet voor, maar in 's lands belang ging die partij toch praten met Merkel. Ook die gesprekken verliepen stroef, maar vrijdag 12 januari werd bekend dat de partijen toch een doorbraak bereikt hebben. Er staat, zo het lijkt, niets in de weg voor de 2 partijen om ook de komende 5 jaar Duitsland te besturen.

(Tekst gaat verder onder de tweet)

Eurozone integreert verder
Dit betekent niet dat er niets is veranderd op het politieke terrein in Duitsland. De situatie is wel degelijk anders, met alle gevolgen van dien voor de eurozone en het rentebeleid van de Europese Centrale Bank (ECB). Daar waar de CDU/CSU geen verdere integratie van de eurozone wil (gezamenlijk staatsobligaties, een Europees Monetair Fonds, een eigen ministerie van Financiën en een eigen begroting), is de coalitiepartner daar juist voor.

In de afgelopen jaren was de CDU/CSU veruit de grootste en sterkste partij en kon die de Europese koers van Duitsland bepalen. Dat zou met het doorgaan van de nieuwe coalitie anders zijn. De SPD hoeft niet mee te regeren en doet dat alleen omdat Merkel het nodig heeft. En dat betekent dat de SPD nogal wat kan eisen en zal krijgen aan de onderhandelingstafel.

Frankrijk in het voordeel
Een van die eisen is de opstelling van Merkel later dit jaar, wanneer er gepraat wordt over een verdere integratie van de muntunie. We moeten er rekening mee houden dat Duitsland meer wensen van Frankrijk en andere landen zal inwilligen. Dat komt er in het kort op neer dat Duitsland meer geld zal betalen en daarnaast bijvoorbeeld zal instemmen met zo'n Europees Monetair Fonds.

Wat heeft dat met het beleid van de ECB te maken? In eerste plaats betekent de gewijzigde opstelling van Duitsland dat de kans op spanningen tussen de 2 grootste eurolanden (Duitsland en Frankrijk) veel kleiner is geworden. Daarnaast betekent het dat de onzekerheid over het voortbestaan van de euro kleiner is, wat de kans vergroot dat de gemeenschappelijke munt in waarde kan stijgen (tegenover de dollar).

Dit temeer omdat in de tweede helft van het jaar juist politieke en economische onzekerheid in de Verenigde Staten (VS) te verwachting is (Amerikanen kiezen dan een nieuw parlement). Het zou zomaar zo kunnen zijn dat de Republikeinse partij van president Donald Trump zijn meerderheid verliest en dat de VS allerlei wetten kan aannemen. Kortom: politieke onzekerheid heeft invloed op de economie en zou de dollar minder aantrekkelijk maken.

(Tekst gaat verder onder de tweet)

Beleid langer ruim
Vanuit de ECB zou het bovenstaande scenario betekenen dat de bank haar zeer ruime monetaire beleid langer ruim kan houden. Op het moment is het voornemen van Mario Draghi om het opkoopprogramma van staats- en bedrijfsobligaties vanaf september af te bouwen en om er na enkele maanden helemaal mee te stoppen. Echter, mocht de euro in de loop van dit jaar sterker worden, dan zou dat de vooruitzichten voor de inflatie negatief beïnvloeden.

Een sterke euro betekent dat alles wat door de eurolanden wordt ingevoerd, goedkoper wordt. Dat is iets dat de inflatie omlaag drukt. In de wetenschap dat de voorspellingen voor 2018, 2019 en 2020 laten zien dat de inflatie voor die jaren te laag zal zijn, zal het niet verbazen als de ECB besluit om het allemaal wat rustiger aan te doen met het afbouwen van de opkoopprogramma's.

Sterke euro
Daar komt bij dat een sterkere euro de export vanuit de eurolanden, uitgedrukt in andere munteenheden, duurder maakt. Vanuit die hoek kan er dus wat tegenwind voor de economische groei komen, iets wat de ECB er niet toe zal aanzetten om het monetaire beleid sneller te beperken. 

Concreet betekent dit alles dat de rentes van alle looptijden in de euro langer laag zullen blijven. Dit is overigens niet hetzelfde als zeggen dat die niet zullen stijgen. Met name de lange rentes gaan waarschijnlijk oplopen. Dit door de aanhoudende economische groei, inflatie en het vooruitzicht op een minder ruim monetair beleid. Echter, een rappe stijging lijkt zeer onwaarschijnlijk.

Regenradar
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden