Veel fabrikanten streven ernaar full liner te worden maar Fendt is één van de weinig die flinke stappen zet. Het merk is al jaren het paradepaartje van Agco en profiteert daar flink van. Een ijzersterk imago ligt daaraan ten grondslag. Wat al langer werd gedacht – en directeur Paffen beaamde – bleek afgelopen week waarheid. Fendt komt met een eigen lijn hooibouwwerktuigen.
Fendt bewandelt duidelijk het pad van full liner binnen agrarisch gebied. Machines kopen bij een andere fabrikant, andere verf erop en klaar ben je. Daar lijkt het voorlopig in Marktoberdorf ook bij te blijven. Binnen gigabedrijf Agco is een enorm pakket aan machines aanwezig om samen wat moois te maken. Wat mist is het Fendt gevoel dat de variotrekker duidelijk wel uitstraalt.
Met de lancering van de Vario, de eerste praktisch bruibare CVT-transmissie binnen trekkerland, veranderde Fendt haar imago van solide trekpaard naar technisch koploper. De Rolls Royce onder de trekkers, met dito prijskaartje. Een uitvinding uit de jaren 70 laat ze anno 2015 nog steeds niet in de kou staan. In de loop der jaren heeft ook Fendt ontwikkeld en haar reputatie verder uit weten te bouwen. Niet langer Duitse boeren willen Fendt rijden. Elders in West Europa is het marktaandeel flink uitgebreid. Knap voor iemand die zich op het topsegment richt.
Een trekker van Fendt pik je er zo tussenuit, wanneer je mensen blind laat testen. Dat is bij hun nevenproducten wel anders. Uitzondering daarop is de hakselaar. Een ambitieus project waar het merk jaren aan werkte. Dit toont nog eens aan welke situatie ze in Marktoberdorf genieten binnen moederbedrijf Agco. Zij zijn de speerpunt, die moet uitblinken op innovatie. Massey Ferguson moet het hebben van zijn wereldwijde acceptatie. Valtra mikt op specialiteit in Scandinavië.
Het bedrijf weet als geen ander waar een boer in West Europa naar vraagt wanneer hij een trekker wil. Compact, veel vermogen en het liefst met een hoog aantal (nuttige) snufjes. Die succesformule kan het nog maar moeilijk wegzetten in Noord Amerika. Daar wordt aan de grootte minder waarde gehecht, wil men simpel met weinig onderhoud en zijn ze bovendien een lager prijspeil gewend. Het nieuwe paradepaard wordt daarom zelfs in Challenger kleuren uitgegeven. Van het Fendt groen en rood wordt een Amerikaanse boer niet warm.
Afgezien van de Katana hakselaar wijkt het werktuigenpallet af van het vaste stramien. De grootpakpers wordt door Hesston gebouwd en de maaidorsers rollen bij wat ooit Laverda was van de band in Breganze, Italië. De kleur en stickers moeten het hem doen. Ook voor de nieuwe hooibouwmachines vertrouwt Fendt op hun grootste verkooppunt. Erg vergelijkbaar met bijvoorbeeld Apple. Dat hoeft geen slechte strategie te zijn. Apple is het meest winstgevende bedrijf wereldwijd.
Zoals gezegd klopt Fendt aan bij Fella voor maaiers, schudders en harken. Na de akkerbouwers moet ook de (melk)veehouder en loonwerker de noodzaak voelen zijn machinepark groen-rood te laten kleuren. Wat mist is de geest van Fendt die door het product waait. Anders zijn. Innovatief zijn. Niet alleen kijken naar meer verkopen en meer winst maken. Ondertussen wordt het speelveld voor verkopers verder vertroebeld. Fella blijft zelf machines verkopen in Europa. Want, het heeft de naam. In Groot-Brittannië biedt MF herkenbaarheid. Met alleen Duitsland en Frankrijk gaat Fendt het ook niet redden. De vraag is dus welke koers zal worden gevaren. Heeft Fendt grote plannen?
Of de kleur, MF rood, Fella rood of Fendt groen, werkelijk verschillen maakt in verkoopaantallen zal de tijd uitwijzen. De bouwer uit Beieren kan nu een compleet pakket aanbieden voor op het grasland. Want, ook opraapwagens komen er. Daarvoor werd een alliantie gesloten met wederom een Duitse fabrikant; Stolpen. Die bouwt nu al wagens voor Deutz-Fahr en Kverneland. Mogen we de beweringen geloven, dan vinden we daar wel de innovatieve geest van Fendt in terug. Maar, een snelle vingertelling leert dat reeds zes grote bedrijven actief zijn. In een groeiende markt is dat geen probleem. Maar is dat het geval?
Resteert de vraagt: Blijft het hierbij? Het antwoord – denk ik – nee. Fendt liet al iets zien van een elektrisch aangedreven zwadhark. Daarmee kan het zich onderscheiden. Een rondebalenpers en wikkelaar missen ook nog. Zo kunnen we nog wel even doorgaan. Wat te denken van de akkerbouwsector? Kan Fendt daarmee zijn imperium uitbreiden of ziet de boer dat full liner gebeuren niet zitten?
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/tech/artikel/10865770/Fendt-wil-graag-serieus-genomen-worden]Fendt wil graag serieus genomen worden[/url]