In onze rentevideo heeft u gezien waarom de Fed, de Amerikaanse centrale bank, de rente heeft verhoogd. Ook hebben we u bijgepraat over het plan van de centrale bank om geld lenen nog twee keer, in de loop van dit jaar duurder, te maken. We moeten er echter sterk rekening mee houden dat de bank dat niet zal kunnen doen.
Als de Amerikaanse economie werkelijk goed draait en de vooruitzichten rooskleurig zijn, zoals de Fed zegt, dan is het nogal vreemd dat de Fed de rente 'slechts' 3 keer wil verhogen dit jaar. De officiële rente komt dan uit op 1,5 procent. Dat is naar alle maatstave een te laag niveau bij een voorspoedige economie. De bank moet de rente dan veel sneller verhogen.
Daarmee zijn we bij een tweede reden aanbeland om de stelling van de Fed te ontkrachten. We moeten er namelijk rekening mee houden dat de bank de officiële rente dit jaar nog maar één keer zal oprikken. De Amerikaanse economie staat er namelijk veel minder florissant voor dan de Fed ons wil doen geloven.
Invloed van president Trump
Het is waar dat het vertrouwen onder consumenten en in het bedrijfsleven de afgelopen maanden behoorlijk is gestegen. Echter, zo'n headlinecijfer verhult de belangrijkste details. Het conumentenvertrouwen is bijvoorbeeld enorm gestegen sinds de winst van president Trump, maar dat is dan vooral onder zijn aanhanger het geval. Onderzoek wijst uit dat vertrouwen buiten die groep juist onder druk staat.
Daarbij zien we dat effect ook bij de vele nieuwe banen per maand. Zo zijn er opvallend veel nieuwe banen gecreëerd in de bouw. Die sector wordt traditioneel gedomineerd door Republikeinse aanhangers. Dat 'hun partij' een geweldige verkiezingswinst had geboekt, deed het vertrouwen goed. Op basis van dat goede gevoel hebben zij veel nieuwe mensen aangenomen. Dat laatste hangt ook samen met de veronderstelling dat de bouwsector flink zal profiteren van de plannen van president Trump, zoals het aanleggen van nieuwe infrastructuur en het verbeteren van de huidige infrastructuur.
Koopkracht laat donkere wolken zien
Als we naar de veranderingen in de koopkracht onder de Amerikaanse inwoners kijken, dan zijn ook wat donkere wolken te zien. De lonen mogen dan de laatste tijd wat harder stijgen, maar daarentegen is de inflati ook fors opgelopen. Gezamenlijk betekent dit dat de koopkracht van de werkenden in de VS, in het beste geval, niet gestegen is en vaak zelfs licht gedaald is dooor de gestegen inflatie.
Economische groei steeds lager
De economische groei in het laatste kwartaal van vorig jaar bedroeg 1,9 procent, maar dat was de tweede schatting. Bij de eerste schatting werd 3,5 procent groei verwacht. Kortom, naarmate de Amerikaanse statistici meer data in handen kregen, zoals het aantal nieuwe opdrachten in tegenstelling tot de zachte data (bijvoorbeeld vertrouwensindicatoren), moesten ze hun groeicijfer flink omlaag bijstellen.
Wat de economische groei in het vierde kwartaal vooral aanjoeg, was vooral de binnenlandse consumptie door de Amerikaanse huishoudens. Echter, zoals eerder al genoemd, is door de fors gestegen inflatie hun koopkracht onder druk komen te staan. Dat heeft te maken met het feit dat de afgelopen maanden hun lonen niet erg hard zijn gestegen. Dat zet grote vraagtekens bij de verwachting dat de uitgavenbonanza in de VS aan zal houden, zoals ook de voorspelling van lage autoverkopen aanwijst.
Daarbij komt ook nog dat een dag voordat het rentecomité zou beginnen aan zijn beraadslagingen de regionale centrale bank in Atlanta meldde dat de groei, in het eerste kwartaal van dit jaar, fors lager zal uitkomen dan eerder werd voorspeld. De belangrijke indicator, de Atlanta Fed's GDPNow indicator voor economische groei, is in een paar weken tijd gedaald van 2,5 procent groei naar 'slechts' 0,9 procent groei in het eerste kwartaal van dit jaar.
Uitspraken komen vreemd over
Met deze ontwikkelingen in het achterhoofd komt de opmerking dat de Amerikaanse economie prima groeit, zoals de Fed-voorzitter Janet Yellen die verwoorde, toch enigzins vreemd over. Helemaal, als we in het ogenschouw nemen dat van de belangrijke vooruitlopende indicatoren, in de afgelopen weken, 12 het weliswaar beter deden dat werd verwacht. Echter, waren er 14 indicatoren die voor een teleurstelling hebben gezorgd. Daarbij is het ook belangrijk om te vermelden dat het bij de indicatoren die een beter beeld lieten zien, vooral ging om zachte indicatoren zoals het consumenten vertrouwen.
Waarom werd de rente überhaupt verhoogd?
Daarvoor moeten we ons richten tot de financiële markten in de VS. De marktrentes in Amerika zijn aanmerkelijk gestegen, omdat de Amerikaanse economie het de afgelopen maanden erg goed deed. Ook de inflatie had na een lange tijd weer zijn weg omhoog gevonden. De toonaangevende tienjarige rente klom van circa 1,6 procent, in oktober vorig jaar, naar 2,6 procent eind vorige week. Het driemaandelijks Amerikaanse LIBOR-tarief liep in diezelfde periode op van ongeveer 0,8 procent naar 1,1 procent.
Zou de Fed tegen die achtergrond, van een goed draaiende economie en stijgende inflatie, de officiële rente ongemoed hebben gelaten dan zou de bank riskeren dat beleggers rekening houden met een behoorlijk verder stijgende inflatie. Hierdoor zouden de langetermijnrentes wel eens snel verder kunnen stijgen en daardoor de economische groei frusteren, kon de Fed niet anders dan de rente verhogen.
Dit is een belangrijke tussenconclusie. Dat betekent namelijk dat de Fed de markten niet meer aanstuurt, maar ze juist volgt. Met andere woorden, de centrale bank is de controle kwijt. De Fed zit niet meer achter het stuur, maar doet slechts alsof dat wel het geval is.
Minder renteverhogingen geen optie
De Fed kan ook niet nu ineens minder renteverhogingen in petto hebben voor de rest van dit jaar en voor 2018. Had de bank dat wel gedaan, dan hadden beleggers zich onmiddelijk afgevraagd of de bank zich meer zorgen maakt over de Amerikaanse economie dan ze aangaf.
Hinten op meer renteverhogingen dan eerder aangekondigd, kon de bank ook niet. In dat geval zouden de langetermijnrentes verder gaan stijgen en dit zou het economisch herstel in gevaar brengen. Toen elke dagen voor de rentevergadering het Amerikaanse bureau voor de statistiek met een uitstekend banenrapport kwam, had de Fed eigenlijk geen andere keuze dan de rente te verhogen.
De komende maanden
Als mede door de gestegen en stijgende inflatie de binnenlandse consumptie de komende maanden minder snel toeneemt dan in de afgelopen kwartalen, en bedrijven minder orders binnenkrijgen en minder banen creëren, dan zou het niets verbazen als de langetermijnrentes in de VS onder neerwaartse druk komen te staan. Het is logisch dat de Fed de rente dan na de rentevergadering ongewijzigd laat.
Als daarbij ook nog door politieke onenigheid de aangekondige belastingverlagingen later komen, en eventueel lager uitkomen dan verwacht, dan kunnen zowel de economische groei als het vetrouwen daaronder lijden. Tel daar dan ook de altijd aanwezige kans van protectionistische maatregelen door Trump bij op en het mag duidelijk zijn dat de stand van zaken in de Amerikaanse economie niet bepaald nieuwe renteverhogingen rechtvaardigt.
In deze scenario's is enige opwaartse druk op de EUR/USD te verwachten. Enerzijds omdat de markt minder renteverhogingen in Amerika zou verwerken in de koers en anderzijds door de verkiezingsuitslag in Nederland. Hierdoor hebben beleggers meer vertrouwen gekregen in de verkiezingen later dit jaar in Duitsland en Frankrijk.