In grote lijnen komt het aanbod voor oogst 2017 van het Belgisch-Nederlandse Agristo overeen met andere aardappelverwerkende partijen. Hoewel deze allemaal aangeven meer grondstof te kunnen gebruiken, geldt dat voor Agristo nog eens extra. De nieuwe fabriek in Wielsbeke wordt op 2 oktober operationeel en moet immers van grondstof worden voorzien.
De hoofdoogst ziet een prijsverhoging tegemoet van om en nabij de 10 procent vergeleken met vorig jaar. In het vroege segment is de verhoging groter. ‘De vraag naar nieuwe contracten in de vroege rassen is dusdanig dat wij het niveau van de vaste prijscontracten ruim 20 procent laten stijgen’, laat group purchase manager Steven de Cuyper weten. ‘De grootste stijging staat voor begin juli.’
Agristo dat in 1986 in het Belgische Harelbeke startte en later productievestigingen in Nazareth (B) en in 2001 in Tilburg (NL) opende, voegt daar dit jaar de nieuwe locatie in Wielsbeke aan toe. Om de stijgende capaciteit van 200.000 ton verwerkt product in te vullen moet Agristo haar grondstofinkoop uitbreiden.
Voor de Belgische en Nederlandse telers gelden uniforme prijzen en voorwaarden. Af land wordt er voor Fontane 10,50 euro per 100 kg betaald, voor Challenger 10,50 euro, Bintje 10 euro en Innovator 11,50 euro. De novemberprijs voor deze rassen is respectievelijk 12 euro , 11 euro, 10,50 euro en 12 euro. In april bedraagt dat 15 euro voor Fontane en Challenger, 13,75 euro voor Bintje en 16 euro voor Innovator. Aan het eind van het seizoen, juni 2018, rekent Agristo 17 euro voor Fontane/ Challenger en 15,50 euro voor Bintje. Het betreft tonnencontracten zonder premies. Weegkosten heeft het fritesconcern nooit gerekend.
‘Voorlopig houden wij het bij de tonnencontracten met vaste prijzen. Eenvoudig en transparant.’ Agristo voert geen systeem waar een terugleverplicht een onderdeel van is, maar stelt de relatie voorop en gaat er dan ook vanuit dat er consumptie terug komt.
Langdurige relaties spelen ook een rol met de verdeling van pootgoed. ‘Het aanbod is erg krap. Er kloppen dit jaar ook anderen bij ons aan voor pootgoed, maar wij hebben al moeite om bestaande klanten van pootgoed te voorzien. Ik verwacht dat het uiteindelijk wel zal lukken om de contracten in te vullen, dat er voldoende pootgoed beschikbaar is. Maar de vraag van anderen invullen is een ander verhaal.’ Overigens houdt De Cuyper de pootgoedprijs van de strategische rassen stabiel.
Als alternatief zet de Belg ook andere rassen in dan de traditionele. ‘Wij vrezen echter wel dat telers rassen uitplanten die toch niet zo geschikt zijn voor frites.’ Grote verschuivingen in rassen zijn er niet. ‘Er is wat groei van rassen van kleinere pootgoedhuizen die nu een paar jaar meelopen en verder mogen groeien.’ Fontane is en blijft het grootste ras binnen het bedrijf. Daarna volgen Innovator en Challenger. De overige 5 procent zijn andere rassen. In Harelbeke wordt ook nog een substantieel deel Bintje verwerkt.
Redenen voor de plus in vaste prijscontracten zijn op dezelfde factoren geschoeid als andere verwerkers aangeven. De hoge dagprijs in het huidige verkoopseizoen, de toenemende verwerkingscapaciteit en de vraag naar aardappelen. ‘Daarbij zien wij ook dat telers kampen met een stijgende kostprijs. De interesse om aardappelen te telen is echter groot. Het liefst willen telers meer planten, dan er aan pootgoed voorhanden is, stelt de group purchase manager. Dat heeft volgens hem ook te maken met dat andere gewassen het er financieel minder goed vanaf brengen dit seizoen.
Hoewel de uitgebreide capaciteit om meer aardappelen vraagt, houdt Agristo het aandeel contracten gelijk aan de afgelopen twee jaar. De rest moet uit de vrije markt komen. ‘Daarin is het zoeken naar een gezond evenwicht. Duidelijk is dat ongebreidelde groei er niet in zit. Het pootgoedtekort limiteert dat.’