Inside: Aardappelmarkt
Proefrooiing VTA bereikt niveau van 2014
Proefrooicijfers van VTA wijzen uit dat de aardappelgewassen relatief veel nagroei hebben geleverd tussen half augustus en half september. Hierdoor eindigt de opbrengst op een hoog niveau. De vereniging houdt een slag om de arm. Zo wordt door flink wat leden melding gemaakt van waterschade. De directe en indirecte gevolgen voor de opbrengst zijn nog onduidelijk.
Dit artikel lezen?
Word abonnee en krijg direct toegang
Kies het abonnement dat bij je past
VTA becijfert de gemiddelde aardappelopbrengst, na proefrooicijfers van september, op 58,5 ton per hectare. Sinds 2001 worden deze proefrooiingen landelijk uitgevoerd, op hetzelfde tijdstip, volgens eenzelfde protocol en bij verschillende rassen. Na de cijfers van augustus lag de hectareopbrengst 3,5 ton achter op 2014. Door forse nagroei eindigt het een maand later op hetzelfde niveau.
12
ton
Daarmee is het gemiddelde van september 2017 het hoogste gemiddeld sinds 2012, en ligt deze 23% hoger dan vorig seizoen. Ten opzichte van het 5-jarig gemiddelde ligt de opbrengst 11,7% hoger.
Grote verschillen per ras
Tussen het proefrooimoment in augustus en september hebben de gewassen een forse nagroei ,van gemiddeld 12 ton per hectare, neergezet. Bijna alle rassen hebben flink wat kilo’s nageleverd. De verschillen in de opbrengsten tussen rassen zijn soms groot. Aangezien van sommige rassen weinig monsters zijn ingediend, heeft VTA een gemiddelde berekend. Het 5-jarig gemiddelde is 8.971 kilo nagroei per hectare.
Waterschade en tarra
Veel leden zeggen dat zij met waterschade te maken hebben gehad. Hoe groot de schade daarvan is, kan VTA nog niet zeggen. Schattingen lopen uiteen tussen 10% en 20%. In de cijfers is hier geen rekening mee gehouden. Naast directe schade, in de vorm van minder opbrengst, is er ook nog het gevaar voor bewaarproblemen. Ook hebben opvallend veel monsters te maken met misvormde knollen, wat extra tarra oplevert. Doorwas en rot zijn eveneens bij de proefrooiingen aangetroffen.
Weinig knollen
De sortering verschilt wederom sterk per perceel. Gemiddeld komt die uit op 71% in de maat 50 millimeter opwaarts, wat exact het gemiddelde is. Vorig jaar bedroeg dit percentage slechts 57%.
Het knolaantal per monster (2x3 meter) is met 176 stuks relatief laag. Gemiddeld is 196 knollen en in 2016 was dat 178 knollen. Veel nagroei wordt niet meer verwacht. De meeste percelen zijn versleten of doodgespoten. Enkele gewassen staan er nog groen op.