De export van frites uit de Europese Unie (EU) piekt in het eerste kwartaal van het nieuwe verkoopseizoen. Het record is bijna volledig aan Nederland te wijten.
De Europese statistiekdienst (Eurostat) heeft cijfers gepubliceerd over het eerste kwartaal (tussen juli en september) voor het nieuwe verkoopseizoen 2017/2018. Hieruit blijkt dat 289.000 ton frites door Nederland, België en Duitsland is geëxporteerd. Dit betekent een verhoging van 15.000 ton, ten opzichte van de seizoensstart vorig jaar, een plus van 5%.
Grootste aandeelhouder
Nederland verhoogt zijn aandeel van 138.000 ton tot 150.000 ton. Daarmee is het de grootste stijger. België houdt zijn volume met 120.000 ton gelijk. Duitsland verhoogt zijn aandeel met 2.000 ton, tot 18.000 ton fritesexport. Andere EU-landen speelden qua afzet geen rol.
In 7 jaar tijd hebben de 3 landen het exportvolume meer dan verdubbeld, een sterk staaltje werk. Ter vergelijking: in het eerste kwartaal van 2008/2009 exporteerde Nederland nog 41.000 ton frites en België 29.000 ton. Duitsland trad pas in seizoen 2013/2014 tot de lijst toe.
Gemis Brazilië opgevangen
De grootste koper van frites uit de EU was Saoedi-Arabië, met 39.000 ton. Daarna volgden Brazilië en Chili met respectievelijk 36.000 ton en 19.000 ton. Het volume naar deze 3 bestemming nam licht af, en in het geval van Brazilië zelfs sterk af. Dit als gevolg van de antidumpingmaatregelen op frites. Er is fors meer geëxporteerd naar Australië, Rusland en Japan. De bestemmingen waren ieder goed voor een volume rond de 13.000 ton.
Voor de Europese markt heeft Eurostat nog geen cijfers gepubliceerd (over september). Vooralsnog is het Verenigd Koninkrijk in kalenderjaar 2017 de grootste koper van frites, met een volume van 630.000 ton. Frankrijk volgt met 420.000 ton en Spanje sluit met 200.000 ton de top 3 af.