Er wordt met man en macht gewerkt om de overgang naar nieuwe aardappelen rond te krijgen. De uitdaging voor de verwerkers, en zeker ook voor de telers, is zelden zo groot geweest.
Alle verwerkers in Noordwest-Europa lijken dezelfde strategie te hanteren: het zo lang mogelijk doorgaan met oude oogst aardappelen. Dat is een ding, gezien er in week 30 maar weinig aardappelen zijn die voldoen aan de laagste norm (met betrekking tot de kwaliteitseisen). Echter, nood breekt wet. Dit om ervoor te zorgen dat alles wat op een aardappel lijkt, wordt verwerkt. De prijzen die daarbij horen, variëren van €10 tot €20 per 100 kilo.
Op naar de nieuwe aardappelen
Toch moet er dezer dagen een switch worden gemaakt naar nieuwe aardappelen. De Premières liggen al een tijdje klaar en de afgelopen weken zijn er (door de droogte) nauwelijks kilo's bijgegroeid. Ook komt de vraag naar vrije Premières nu op gang. Daarbij worden prijzen genoemd van €20 af land, waarbij opgemerkt moet worden dat er niet veel te koop is.
De telers wachten de start van oogst af en kijken naar de hoeveelheid kilo's die na de oogst nog overblijven. De eerste run op de middelvroege rassen, zoals Sinora en Felsina, is ook gestart. Echter, de oogst hiervan is slechter dan die van Première. De vroege, middelvroege en hoofdoogst doen het qua hectareopbrengst minder. De middelvroege aardappelen zullen duidelijk een mindere oogst geven. Voor de hoofdoogst zit een dergelijk scenario ook in het verschiet, gezien de droogte en hitte.
De oogst
En dan is er nog die andere uitgang: de oogst, of beter gezegd de omstandigheden. De aardappelen hebben ongekend hoge onderwatergewichten en het rooien zal sowieso een uitdaging worden op de uitgedroogde percelen. De Belgische verwerkers hebben inmiddels de norm van de hoeveelheid meegeleverde grond verhoogd naar 25%.
Er is dus sprake van een bijzonder, en in alle gevallen extreem, groeiseizoen waarvan het nog lang niet duidelijk is hoe het gaat aflopen. Helemaal niet wanneer het om de prijsvorming gaat.