De Nederlandse export van consumptie- en industrieaardappelen naar EU-landen was in september groter dan vorig jaar. Vooral Duitsland en Frankrijk hebben in Nederland meer aardappelen gekocht.
De totale Nederlandse aardappelexport naar EU-landen bedraagt in september 32.358 ton, blijkt uit cijfers van de Nederlandse Aardappel Organisatie. Vergeleken met vorig jaar is deze hoeveelheid groter, maar het is aanzienlijk minder dan in de jaren daarvoor.
Dat laatste wordt veroorzaakt door een geringere behoefte in België. De zuiderburen zijn vaak goed voor een afname van 25.000 tot 35.000 ton in september, maar dit jaar blijft de teller al steken op 18.564 ton.
Als België afhaakt blijft er nog maar weinig te doen voor de Nederlandse exporteurs. In dat licht is het meegenomen dat Frankrijk en Duitsland vorige maand nog een aardige hoeveelheid hebben gekocht. De Duitsers hebben met 6.384 ton de grootste hoeveelheid na België afgenomen.
Opvallend
De grotere afzet naar Duitsland en Frankrijk is des te opvallender omdat beide landen zelf recordoogsten binnenhalen. Vorig jaar kochten de Duitsers in september amper 700 ton in Nederland. Frankrijk koopt dit jaar met 4.326 ton meer dan het dubbele van vorig jaar. Ook Malta, Spanje en Roemenië hebben meer aardappelen uit Nederland geïmporteerd.
Van de Afrikaanse landen hebben Ivoorkust en Mali ook meer aardappelen gekocht dan een jaar geleden. De afzet naar Senegal is echter veel kleiner. Dit West-Afrikaanse land geeft de voorkeur aan uien en hapt ondanks de vele lagere prijzen minder toe bij de aardappelen. Daardoor is de afzet naar Afrika ruim een derde kleiner dan vorig jaar.
Alles bij elkaar heeft Nederland vorige maand bijna 46.000 ton aardappelen uitgevoerd. Dat is een fractie meer dan vorig jaar, maar normaal gesproken wordt al snel meer dan 60.000 ton geëxporteerd.