Regen op komst, maar effect verdampt snel

Wisselvallig was het in Nederland zeker gedurende de afgelopen dagen. Daarbij was het soms ook behoorlijk fris, mede door een forse wind. Voor iedereen die zijn gewassen moet bespuiten of beregenen, is die aanhoudende wind een grote vijand. De gewasbescherming blijft een belangrijk item. Ondanks aanhoudende droogte gaf menig BOS-systeem de laatste dagen toch een waarschuwing voor phytophthora, met korte spuitintervallen tot gevolg.

Tot veel millimeters kwam het de afgelopen dagen nog niet. Het zuidwesten, met uitzondering van het grootste deel van Zeeland, kreeg wel een millimeter of tien tot vijftien. Ook Friesland werd relatief goed bedeeld.

Neerslag deels verdwenen
In België en Frankrijk viel ook weinig neerslag. Alleen Duitsland heeft meer buien gehad, maar dat houdt niet overal over. Vooral in het zuiden van het land is neerslag gevallen. Met een wind die uit het westen tot zuidwesten waait, krijgen we in Nederland deze week nog met een (klein) beetje neerslag te maken. Vooral dinsdag valt er tien tot vijftien millimeter. De rest van de week is het naar verwachting weer behoorlijk droger. Ook volgende week wordt het wisselvallig, met iedere dag een millimeter of vijf neerslag.

Voor onze zuiderburen zijn de modellen minder gunstig gestemd. Daar valt maar vijf tot tien millimeter op de meeste plekken, zo is de verwachting. In Noord-Frankrijk is het niet heel veel beter. Duitsland krijgt wederom meer regen volgens de modellen. Daar kan wel twintig millimeter vallen, vooral in het westen.

Onzekerheid
Over wat er begin juni gaat gebeuren, heerst nog grote onzekerheid. Waarschijnlijk overheerst dan toch weer een hogedrukgebied, waardoor het relatief warm en droog blijft. De temperaturen schommelen momenteel wat, net onder of rond de twintig graden.

De droogtemonitors van het KNMI en KMI verwachten dat de droogte straks geen recordwaarde meer vast kan houden, al is dat gezien de bovenstaande verwachting, maar voor korte duur. Zeker wanneer het begin juni wel weer warm en zonnig wordt en de verdamping toeneemt. In België blijft het dan vooral in het westen van het land uiterst droog.

Knolzetting
Wat betekent dit voor de groei van de gewassen? In het zuiden van Nederland, België en Frankrijk zijn de zorgen het grootste voor de voorjaarsteelten, waaronder aardappelen. Over de vroege aardappelen heerst niet de grootste zorg. Die worden grotendeels geteeld door akkerbouwers die kunnen beregenen. Deze aardappelen hebben bovendien een flinke groeivoorsprong door het vroege pootmoment. De hoofdoogst heeft zich tot nu toe vlot ontwikkeld, maar voor de knolzetting is komende maand wel neerslag van betekenis vereist. Zelfs al regent het dertig tot veertig millimeter, dan is dat nog maar net voldoende om de ruggen helemaal nat te krijgen.

Naast droogte speelt in Polen ook nog mee dat het dit voorjaar bijzonder koud is geweest. 's Nachts daalde het kwik tot wel -10, tegenover een dagtemperatuur van 30 graden in de plus! Dat heeft in aardappelen nog niet direct tot wijdverspreide vorstschade geleidt, maar goed voor de groei is het zeker niet, vooral in combinatie met de droogte die sinds mei heerst.

De groeiomstandigheden, zeker voor aardappelen, zijn dit jaar tot dusver bepaald niet ideaal te noemen. Vooral voor wie geen mogelijkheden tot beregenen heeft. De markt is daar immuun voor, zo slecht is de stemming. De kans dat hier een ommekeer in komt, is helaas bijzonder klein, voor de oude oogst. Ook andere voorjaarsgewassen hebben het moeilijk, al gaat de droogte eigenlijk pas vanaf juni echt meespelen. Krijgen we dan nog een echt warme periode, dan kan dat weleens een serieuze impact gaan hebben op de opbrengsten.