BASF

Aangeboden door BASF

Alternaria: te laat starten kost geld

6 Juni 2025

Proeven laten zien dat een te late start met alternaria-bespuitingen zomaar 2.500 kilo opbrengst kan kosten. Dat leidt tot een schadepost die de kosten van alternaria-bespuitingen ruimschoots overtreft. "Te laat beginnen kost altijd geld."

"Het lijkt misschien wat vroeg om nu al over alternaria te beginnen", zegt Bert Westhoff aan het begin van het interview. "Maar je kunt de schimmel vaak al zes tot acht weken na opkomst aantreffen in je gewas. En dankzij het vroege voorjaar is het op veel percelen binnenkort zo ver." Wat de technisch productadviseur van BASF betreft, beschouwen aardappeltelers zijn mededeling als een goed bedoelde attendering. "Wij hebben in onze proeven gezien dat een juiste timing van de alternaria bespuitingen cruciaal is voor een goede bestrijding. Als je te laat begint kost dat altijd geld. Dus dan kun je maar beter op tijd alert zijn."

Proeven
De aanleiding voor de proeven van BASF ligt in het gewijzigde middelenpakket van de afgelopen jaren. "Toen we nog mancozeb mochten gebruiken, gaf je vaak al vanaf het begin van het spuitseizoen een beetje bescherming mee tegen alternaria", stelt Westhoff. "Het werd daardoor niet meteen afgestraft als je iets te laat begon met de specifieke alternaria-middelen. Maar in de huidige situatie bepaalt het moment waarop je met de alternaria-middelen begint het succes van je aanpak."

De proeven die BASF in 2024 deed, lagen in consumptie- en zetmeelpercelen in Dordrecht, Emmeloord en Valthermond. Westhoff: "We hebben verschillende middelenschema's uitgeprobeerd, maar de belangrijkste variabele was het startmoment: vroeg, normaal of laat. De belangrijkste les uit alle proeven was dat een late start van de alternaria-bespuitingen al gauw 2,5 ton opbrengstderving gaf. Daar kan iedereen zijn eigen rekensommetjes op loslaten, maar bij consumptieaardappelen van 30 cent is het een schadepost €750. Terwijl je aan middelkosten bij vier bespuitingen ongeveer €100 kwijt bent."

Praktisch advies
Alle uitkomsten samenvattend komt Westhoff tot het volgende praktijkadvies. "Doe de eerste alternaria-bespuiting altijd in de periode tussen begin en halverwege de bloei; dan praat je meestal over de eerste helft van juli. Dan hou je met vier à vijf bespuitingen het gewas gezond in de periode van maximale productie." Ook voor de middelkeuze heeft Westhoff nog wel een tip. "Sowieso altijd middelen afwisselen. Belanty en Propulse* zijn momenteel de sterkste alternaria-middelen. Uit oogpunt van resistentie ontwikkeling kun je het beste met Belanty beginnen. En dat middel heeft ook de sterkste nevenwerking op zwarte spikkel en sclerotinia."

Wat is alternaria
Alternaria is een schimmel die in tientallen gewassen in evenzovele varianten kan voorkomen. In aardappel kennen we A. solani en A. alternata. Het is een zwakteparasiet met een voorkeur voor verzwakt (ouder) weefsel, maar hij kan ook gezond weefsel aantasten. De schimmel overleeft met sporen op dood materiaal in de grond. De omstandigheden die alternaria nodig heeft voor sporulatie en infectie lijken veel op die van phytophthora: vrij vocht of een hele hoge RV. Sporuleren gebeurt bij temperaturen tussen 5 en 30 graden, de optimale kiemtemperatuur ligt tussen 20 en 30 graden. Een afwisseling van droge en natte perioden is ideaal voor alternaria. Verspreiding van sporen gebeurt via opspattend water of wind. De zichtbare symptomen zijn de scherp begrensde bruine tot bruin/zwarte bladvlekken met vaak een gele rand op de bovenkant van het blad. Later zijn in deze grotere vlekken de typische concentrische ringen zichtbaar. Alternaria kan al de kop opsteken vanaf het begin van de bloei, dus in juni. De plant is in die periode ook gevoeliger voor schimmels.

*Propulse is een geregistreerd handelskenmerk van Bayer Crop Science.

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden