Op basis van voorlopige informatie inzake de export van uien in week 44 mag weer van een mooi exportresultaat worden gesproken. Het al week na week dat er meer dan 30.000 ton uien per week worden geëxporteerd. Hoe zit het inmiddels met de voorsprong ten opzichte van het afgelopen seizoen?
Het maken van stemming en de onmacht om de telersprijzen voor uien in de lift te krijgen, staan haaks op het exportresultaat van uien. De afzet van uien beleeft nu zijn top en net als vorig jaar lukt het niet om hier munt uit te slaan. Dit zorgt voor frustratie bij telers, die juist in deze tijd gewend waren aan het stuur te zitten. Maar verder dan meerijden lijkt het nu niet te komen.
Met een voorlopig cijfer van 36.386 ton is de export van uien in week 44 bovengemiddeld te noemen. Het gemiddelde weekexportcijfer komt uit op 29.483 ton. Het cumulatieve exportresultaat over de periode week 28 tot en met 44 staat op 501.219 ton, tegenover 483.953 ton over dezelfde periode in 2020.
Senegal aan kop
Aan dit resultaat heeft Senegal het meeste bijgedragen met een afname van ruim 9.055 ton uien. Ivoorkust volgde met 6.788 ton. Het verschil tussen de twee grootste afnemers van Nederlandse uien is ten gunste van Senegal opgelopen naar 10.075 ton. De Britten waren zowel in week 44 als cumulatief de derde in grootte als het gaat om het importeren van Nederlandse uien. Het gaat dan respectievelijk om 3.152 ton en 43.759 ton. De uien werden in week 44 naar afnemers in 77 landen geëxporteerd. {{dataviewSnapshot(2_1637749283)}}