Analyse Uien
Export Nieuw-Zeelandse uien om te huilen
De uienexport uit Nieuw-Zeeland was de aflopen jaren door de bank genomen vrij stabiel. Daar is dit jaar geen sprake meer van. Wat is er aan de hand met de Nieuw-Zeelandse uitvoer van uien en hoe uitzonderlijk is dat?
Dit artikel lezen?
Word abonnee en krijg direct toegang
Kies het abonnement dat bij je past
Nieuw-Zeelandse uien luiden al sinds jaar en dag de overgang in naar een nieuw uienseizoen in de West-Europese retail. Het totale exportcijfer kent globaal gezien een vrij stabiel verloop. Daar is dit jaar de klad in gekomen. Op basis van de meest recente informatie (van week 21) is de achterstand ten opzichte van het zesjarig gemiddelde opgelopen tot ruim 31%. Het gaat daarbij om een volume van 44.000 ton.
Dip niet eerder zo groot
Andere jaren waarin sprake was van een dip in de afzet - tot en met week 21 - waren 2011 met 114.000 ton en 2012 met 121.000 ton. Veel bestemmingen kochten fors minder uien in. De uitzonderingen zijn Japan dat 11.678 ton uien afnam, wat 9.069 meer is dan afgelopen jaar en 3.648 ton meer dan het zesjarig gemiddelde. Ook Taiwan nam met 8.770 ton, 2.411 ton meer uien af. Min of meer stabiel bleef de afzet naar de Pacific Eilanden, zo rond de 8.500 ton.
Britten spannen de kroon
Naar het vaste land van Europa werden tot en met week 21 zo'n 39.000 ton uien verscheept. Het zesjarig gemiddelde komt uit op 73.800 ton. Met 70.680 ton wijkt het twaalfjarig gemiddelde niet veel af. Naar Nederlandse havens ging slechts 6.300 ton, waar dat vorig jaar nog 17.000 ton was. Naar Duitse bestemmingen werden 19.100 ton uien verscheept, waar de teller vorig jaar op 28.160 ton stond. Procentueel zijn het vooral de Britten die het dit seizoen laten afweten. Zij namen tot en met week 21 welgeteld 774 ton uien af, tegen 11.155 ton een jaar geleden bij een meerjarig gemiddelde van 8.500 ton.{{dataviewSnapshot(2_1654596984)}}