In een rustig tempo weet Nederland wekelijks meer dan 40.000 ton uien te exporteren. Bij de overgang naar oktober doet week 40 vrijwel niet onder voor de uitvoer van week 39, zo val top te maken uit voorlopige exportcijfers van KCB en het GroentenFruit Huis.
In de voorgaande weken werd een week van boven de 40.000 ton in de export afgewisseld met een week van 35.000 of 36.000 ton. In week 39 en week 40 is dat niet het geval geweest. In beide weken ligt de uitvoer rond de 41.000 ton. Dat maakt het huidige seizoen nog bijzonderder dan het al was.
Voor een beschrijving van het verloop in dit exportseizoen schieten superlatieven tekort. Voor het eerst in de geschiedenis heeft Nederland in de eerste veertien weken meer dan 400.000 ton uien geëxporteerd. Het weekgemiddelde nadert al de 30.000 ton. Ongekend. De voorsprong ten opzichte van vorig jaar is al opgelopen tot bijna 90.000 ton (+27,6%).
Het passeren van de grens van 40.000 ton in week 40 is tot stand gekomen zonder een explosieve uitvoer van meer dan 10.000 ton naar Senegal. Nee met 9.500 ton is dit West-Afrikaanse land nog steeds de grootste afnemer, maar een extreme uitschieter is dit niet te noemen. Ivoorkust haakt opnieuw aardig aan met bijna 9.000 ton. Groot-Brittannië blijft goed meedoen met 3.200 ton.
Naast bovengenoemde landen en Afrikaanse bestemmingen als Mali, Guinee, Gambia en Mauritanië valt op dat ook Nicaragua en Maleisië veel uien afnemen. Israël is daarentegen dit seizoen nauwelijks een afnemer, terwijl vorig jaar een flinke tophoeveelheid werd ingekocht.