Dode met schimmels geïnfecteerde, dode engerlingen blijken ook levende engerlingen te kunnen infecteren waarna deze sterven. Dit zou een oplossing kunnen zijn om de larven, die aan de wortels van grassen vreten, te bestrijden. Hierdoor neemt ook de schade af van dieren die grasland omploegen op zoek naar engerlingen.
Hiermee lijkt een effectieve manier te zijn gevonden voor de biologische bestrijding van engerlingen. Mechanische, chemische, fysische (met zout) en biologische (met aaltjes) bestrijding van engerlingen in grasland is in de praktijk om verschillende redenen vrijwel onmogelijk. Zo staat te lezen op de website Verantwoorde Veehouderij.
Student Toegepaste Biologie aan de HAS Den Bosch, Maarten Prinsen, deed op verzoek van KTC De Marke onderzoek naar de mogelijke bestrijding van engerlingen. Tijdens zijn onderzoek stuitte hij op diverse dode en beschimmelde larven. Met deze larven heeft hij vervolgens gekeken of ook levende larven dood gaan als ze hiermee in contact kwamen. En in aantal gevallen was dat zo.
Helaas begon de onderzoekperiode te laat in het jaar. Waarschijnlijk was een deel van de larven die schade had aangericht, toen al verdwenen (natuurlijk dood, predatie, kou). Hierdoor kon Maarten niet voldoende engerlingen voor zijn proeven meer vinden. In ieder geval levert dit onderzoek sterke aanwijzingen op voor een meer fundamenteel opgezet vervolgonderzoek.
Engerlingen zijn de ondergronds levende larven van onder andere de meikever, rozenkever en junikever. Engerlingen vreten aan de wortels van grassen. In de periode juli-september kunnen ze veel schade aanrichten. Maar ook dieren die engerlingen eten kunnen veel schade aanrichten, doordat ze grasland omploegen op zoek naar engerlingen.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.