De export van verwerkte mest verloopt moeizaam. Dat melden mestexporteurs. De reden daarvoor is, volgens de exporteurs, het onafhankelijk bemonsteren.
Dikke mestfractie moet sinds 1 oktober 2017 onafhankelijk worden bemonsterd. Dat heeft ook invloed op de export van mest, zo blijkt uit navraag bij enkele mestexporteurs.
Mest prijst zich uit de markt
De kosten van de onafhankelijke monstername moeten doorberekent worden aan de afnemer en daardoor prijst de Nederlandse mest zich uit de markt. Mestverwerker Gerard Oude Lenferink uit Fleringen (Overijssel) zegt dat de mest €8 tot €10 per ton duurder is geworden. "De dikke fractie moet bemonsterd worden op het erf, direct na het scheiden en voor het vervoerd wordt naar de verwerker. Na het verwerkingsproces moet het nogmaals bemonsterd worden, voordat het geladen mag worden om vervoerd te worden naar Duitsland."
Volgens Oude Lenferink is de Duitse mestmarkt ook een verdringingsmarkt aan het worden. De regels zijn aangescherpt en de Duitse mestproductie neemt toe. "Door deze kostprijsverhoging prijzen we ons uit de markt. We rijden nu echt stukken minder naar Duitsland, dan voorheen."
Mest blijft liggen
Mestexporteur Cees van Vlastuin uit Ede (Gelderland) hekelt de logistieke vertraging die de onafhankelijke monstername veroorzaakt. "Het is bij de buitenlandse vrachten nu onmogelijk om op tijd te komen. Helemaal binnen het tijdsbestek van 2 uur." De vrachten mogen niet meer worden geladen als de mest niet is bemonsterd. "Dat vertraagt de boel enorm. De mest blijft daardoor liggen."
Volgens Van Vlastuin worden hierdoor weinig (retour)vrachten gedaan met dezelfde vrachtauto en dat drijft de prijs op. "Varkenshouders krijgen de mest alleen weg als ze voldoende betalen, maar dat geld hebben ze niet. Het is een soort koude sanering."
Nu wel rustiger
Ad Merks, Businessunit manager Mest & Compost van Eurofins Agro, relativeert de kritiek van de mestexporteurs. "Het is nu wat rustiger. Dat komt omdat voor 1 oktober extra veel vrachten naar voren zijn gehaald, waardoor er in september ongeveer 20% meer mestmonsters zijn genomen. De vaste mest wordt in oktober bij een aantal bedrijven opgespaard. In november komen zij wel weer", verwacht Merks. "Het is altijd een beetje een slappe tijd in oktober.”
Merks erkent wel dat er logistieke problemen zijn. "Exporteurs en mestverwerkers ondervinden veel problemen met de kosten en de starre tijdsblokken van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Intermediairs kunnen moeilijk vrachten inplannen. Dit is een bespreekpunt voor de evaluatie.
Merks verwacht dat Nederland hierdoor het risico loopt om afzetmarkten kwijt te raken. "Een aantal internationale transportbedrijven heeft veel last van deze regelgeving en raakt geïrriteerd. Sommige internationale vervoerders verzorgen rechtstreeks afzet in Duitsland en Frankrijk. Deze afzet dreigen zij voor een gedeelte te verliezen", reageert Merks.
Strengere mestwetgeving in Duitsland
De strengere mestwetgeving in Duitsland beperkt de Nederlandse mestexport. In het najaar mag er maximaal 60 kilo stikstof per hectare naar toe. De meeste mest moet daarom in het voorjaar zijn aangevoerd. Dit beperkt ook de exportmogelijkheden.
Mede-auteur is Esther de Snoo.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.