Interview Gerben Boom (najk)
'Beleid Brussel wordt vaak gezien als iets ongrijpbaars'
Gerben Boom is de nieuwe portefeuillehouder Internationaal bij het NAJK. Daarmee komt hij het dagelijks bestuur versterken nu zijn voorganger Peter Meedendorp zich meer op de achtergrond voor het bestuur gaat inzetten. Gerben wil zich sterk maken voor de toekomst van jonge boeren: "Het is belangrijk dat we als jonge boeren een structurelere inbreng krijgen in het beleid dat gemaakt wordt voor de toekomst."
| Gerben Boom |
|
Gerben (23) is opgegroeid op het landbouwbedrijf van zijn ouders in Babyloniënbroek, een dorp in het noorden van Noord-Brabant. In 2017 maakten zij de switch van melkveehouderij naar akkerbouwbedrijf waar Gerben nu parttime werkzaam is met zijn vader. Zij telen aardappelen, maïs, suikerbieten maar ook veldbonen en doen aan agrarisch natuurbeheer. Daarnaast is hij recent begonnen als adviseur duurzame landbouw. Na zijn studie Agrarische bedrijfskunde aan de HAS in Den Bosch heeft Gerben een master afgerond in Wageningen. |
Gefeliciteerd met je internationale functie bij de NAJK. Je bent al een bekende in Brussel..
"Ja dat klopt. Ik heb er vier maanden stagegelopen in het Europese Parlement vanwege de master die ik volgde bij de Wageningse universiteit. Ik hield mij veel bezig met beleid binnen Nederland en zat op dat moment aan de sectortafel Glastuinbouw. Als je dan met beleid bezig bent, dan is het ook heel interessant om daar een stapje hoger in te gaan. Dan kom je al gauw uit bij Brussel. Maar er gebeurt daar zo ontzettend veel, voordat je het daar een beetje in de gaten hebt, ben je wel een paar jaar verder hoor."
Het internationale aspect is je dus niet nieuw. Wat viel je nog meer positief op tijdens je stage?
"Brussel is mij heel goed bevallen. Ik had vooral niet verwacht dat er zoveel dynamiek zou zijn tussen het Europees Parlement en de Europese Commissie. De commissie komt met nieuwe voorstellen en vervolgens wordt er in het parlement en de raad over onderhandeld om gezamenlijk weer tot een besluit te komen. En in dat tussentraject zie je dat er ontzettend veel met elkaar besproken wordt om tot een goed besluit te komen. En je zou het misschien niet zeggen, maar het mooie van Brussel is dat de mensen niet zo ver weg zijn als in Den Haag. Daar moet je eerst langs een woordvoerder of persmedewerker bijvoorbeeld, als je ze al te spreken krijgt. In Brussel heb je dat niet. Europarlementariërs zijn naar mijn gevoel veel bereikbaarder."
Portefeuillehouder Internationaal is niet bij iedereen bekend. Wat houdt het precies in?
"Eigenlijk hou ik mij bezig met alles wat te maken heeft met het Nederlandse standpunt in Europa en de regelgeving die vanuit Brussel wordt opgesteld. Dat werkt tweeledig. Aan de ene kant heeft Nederland een stem in de Europese Raad. De Nederlandse positie wordt bepaald door ons kabinet volgens een traject en daar kan ik namens het NAJK input aan leveren om van invloed te zijn als stakeholder. Het andere deel is in gesprek gaan met de commissie en het parlement over zaken die voor Nederland relevant zijn."
Waar wil je in jouw bestuursperiode voor de jonge boeren de nadruk op leggen?
"Ledenbetrokkenheid vind ik heel belangrijk. Het beleid in Brussel wordt vaak gezien als iets groots en ongrijpbaars, iets waar we weinig invloed op hebben. Maar ik vind dat ondanks dat het zo groot is, er veel verschillende mensen werken en verschillende factoren een rol spelen, het best goed uit te leggen is wat daar gebeurt. Wij als jongeren moeten juist op de hoogte zijn en nadenken over het beleid dat daar wordt bedacht. Daar wil ik mij op focussen. Daarnaast vind ik het belangrijk dat we als jonge boeren een structurelere inbreng krijgen in het beleid dat gemaakt wordt voor de toekomst van ons als jonge boeren."
Er wordt weleens gepleit voor minder Brusselse bemoeienis en meer regie voor de lidstaten. Hoe ziet het NAJK dat?
"Ik begrijp zeker waar dat vandaan komt. Dat komt denk ik door een soort van mistbank die hangt rondom Brussel en alle organisaties die daar actief zijn. Men weet niet precies hoe het daar in elkaar zit. De Nederlandse politiek, maar ook wij als agrarische sector, wijst vaak naar Brussel bij nieuwe of verzwarende wetgeving, dat het daarvandaan komt en het beleid er is gemaakt. Maar dat is vaak niet het geval. Eigenlijk is het enige wat Brussel doet de lijnen van de kleurplaat tekenen en elke lidstaat kleurt die eigen kleurplaat vervolgens zelf in om de gestelde doelen te bereiken. En in die gestelde doelen hebben we als één van de 27 lidstaten allemaal een stem. Ik denk juist dat als we op een meer transparante manier duidelijk maken wat nou de bevoegdheden zijn - de Europese instellingen zoals het parlement en de commissie maar ook de nationale overheden - het gesprek aangaan al vlotter verloopt. Door aan te geven hoe we bepaald beleid graag anders zien en met alternatieven komen in plaats van af te keuren, kun je een heel ander soort debat gaan voeren."
"Uiteindelijk begint het bij het stukje bewustwording. Daarom is ook een van mijn speerpunten de betrokkenheid. Ervoor zorgen dat zoveel mogelijk leden weten wat er speelt, wat er besproken wordt en bekend is wie over wat gaat. Als dat duidelijker is, kun je ook inhoudelijk beter het gesprek voeren met elkaar."
Met kennis uit de praktijk, een master in Wageningen en je huidige loopbaan ben je van alle markten thuis. Waar ligt je ambitie in de toekomst?
"Het eerlijke antwoord is dat ik het écht niet weet. Ik vind het fantastisch om namens het NAJK en als adviseur bij Schuttelaar & Partners te werken aan de toekomst van de landbouw in Europa. En wat er over een paar jaar gebeurt dat zien we dan wel weer."
Jesse Torringa
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.