Opbrengstprognose granen blijft bovengemiddeld

Met name in het noorden, westen en midden van Europa konden de wintergranen de groei ongestoord doorzetten. De zaai en het planten van zomergewassen is wel verdeeld in Europa. De lente startte in de meeste delen van Europa relatief koud en droog. Verschillende gebieden in zuid- en centraal Europa staan er zelfs minder florissant op door deze aanhoudende droogte. De opbrengstprognose voor granen in Europa komt echter wel boven het vijfjarig gemiddelde uit. Dat schrijft het wetenschappelijk bureau van de Europese Commissie (JRC) in de aprileditie van het MARS-Bulletin.

Opbrengstprognoses granen plussen
De gemiddelde opbrengstprognose voor tarwe in Europa wordt geschat op 5,7 ton per hectare. Dat is 2,3% hoger dan het 5-jarige gemiddelde. De weersomstandigheden van de afgelopen maand waren voldoende om de ontwikkeling van wintergewassen door te zetten, nadat deze al bovengemiddeld de winter doorkwamen. Datzelfde geldt voor gerst, waarbij de gemiddelde opbrengstprognose uitkomt op 5,0 ton per hectare, een stijging van 2,6% ten opzichte van het 5-jarige gemiddelde. Wel is de opbrengstprognose van granen licht gedaald vergeleken met vorige maand, doordat de temperatuur begin april op veel plaatsen in Europa onder gemiddeld uitkwam.

Ook in Midden- en Oost-Europa staan de granen er relatief goed op en noteren de landen een behoorlijke plus qua graanopbrengst. Dit komt mede door de zeer milde winter de zij hebben gehad. De temperatuur lag gemiddeld in maart en april wel onder het gemiddelde maar voldoende om de gewasgroei voort te zetten. Wel is er behoefte aan neerslag in het oosten van Europa, waar het vochtgehalte onder het gemiddelde ligt. In deze gebieden is ook de zaai van zomergewassen later op gang gekomen. Datzelfde geldt voor de regio's rondom de Zwarte Zee. Het noorden van Europa doet het uiterst goed, zoals landen als Denemarken, Zweden en Letland. Zij noteren gemiddeld een toename van 5%. In West-Europa schommelt de opbrengst rond het 5-jarig gemiddelde, vaak met een kleine plus.

Droogte en kou teisteren Zuid-Europa 
Als we de opbrengstprognoses per land bekijken valt het op dat met de granen vooral Zuid-Europa achter blijft op de rest. Zo heerst er nog altijd veel droogte in Portugal, Spanje en Italië. Daarnaast ondervinden zij een relatief koud voorjaar. Zo zien Spanje en Portugal volgens de prognose de tarweopbrengst zelfs met 7% en 19% dalen vergeleken het 5-jarig gemiddelde. Portugal en Spanje zijn inmiddels gedeeltelijk voorzien van neerslag maar de droogteschade blijft onveranderd.

De droogte in combinatie met de lage temperatuur maakten het zaaien en planten van zomergewassen dan ook lastiger. Vooral in delen van Italië is het waterpeil nog altijd kritiek in de reservoirs. Na een droge winter viel er ook de afgelopen maand opnieuw minder neerslag. 

Extreme droogte in noorden Afrika
Het noorden van Afrika kampte lange tijd met extreme neerslagtekorten, maar inmiddels is er neerslag gevallen. De neerslag kwam echter te laat, waardoor de granenoogst niet is te herstellen. In Marokko is de verwachting dat er ruim de helft minder tarwe en gerst wordt geoogst. Ook in Algerije wordt er 45% minder tarwe en 27% minder geoogst. In Tunesië is de opbrengst iets onder het gemiddelde, doordat zij aanzienlijk meer neerslag ontvingen.