65 procent uitdaging op zandgrond

LTO Nederland, ZLTO en de Nederlandse Zuivelorganisatie (NZO) zijn druk bezig met het inlichten van de achterban over het bindend advies grondgebondenheid. In de praktijk blijken nog weinig melkveehouders doorgerekend te hebben wat het voor hun bedrijf kan betekenen. Degenen die dat wel hebben gedaan, blijken lang niet altijd 65% van de eiwitbehoefte van eigen grond te halen.

Zand een uitdaging
Een voorbeeld is Jos Verstraten, voorzitter van ZLTO. Hij geeft aan dat hij 32% van de eiwitbehoefte van eigen land weet te halen. Hij is een melkveehouder die boert op zandgrond, een van de locaties waar het een uitdaging gaat worden om de 65% eiwit te behalen.

Om dit doel toch te kunnen behalen, worden verschillende mogelijkheden genoemd (zoals veldbonen en de teelt van sojabonen). Nog een middel om het doel te halen (mits 50% van het eiwit van eigen grond komt), is om de grond van de buurman inzetten. Dit onder het buurtcontract. Echter, dit mag in eerste aanleg alleen grond zijn van actieve landbouwers.

Verstraten stelt dat het niet vereist is dat de grond in het bezit is van een actieve landbouwer. Zo zou dit via een gebruiksovereenkomst geregeld moeten worden. Bij een niet-actieve landbouwer ligt dit anders. De Commissie zou het graag geregeld zien worden via de Gecombineerde opgave, maar om dat te bereiken zijn nog de nodige tussenstappen nodig.

Concreet houdt in dat wanneer de buurtcontracten er snel komen, er eerst alleen een beroep gedaan kan worden op grond van actieve landbouwers. Echter, er wordt gewerkt aan een methode om meer grond toegankelijk te maken van andere partijen.

Korting melkgeld?
De grootste uitdaging ontstaat echter voor de intensieve veehouder. "Daar moeten we handen en voeten aan geven", aldus Verstraten. Hij noemt ook het tijdspad. Daar moet naar gekeken worden. Om de intensieve bedrijven de goede kant op te sturen, wordt door ZLTO een korting op het melkgeld genoemd. Dit gebeurt dan via de leveringsvoorwaarden voor melk.

Uit navraag bij de NZO blijkt echter dat het nog te vroeg is om daar wat over te zeggen. Er wordt eerst naar de tussenstappen gekeken om het advies uit te kunnen voeren. Hoe de verdere uitrol van de plannen er uit gaat zien, is ook nog onbekend. 

Biologische veehouder niet blij
Ondertussen hebben biologische melkveehouders al aangegeven niet blij te zijn met de definitie. Vooral omdat ze geen kunstmest mogen inzetten en daardoor niet kunnen voldoen aan de eiwiteis. De Nederlandse Melkveehouders Vakbond (NMV) moet het nog gaan doorrekenen, maar is wel blij met de stip op de horizon.