De aangescherpte coronamaatregelen, zijn een tegenvaller voor de Nederlandse zuivelmarkt. De timing is ongelukkig, nu de markt net wat vaster aanvoelt. De export van zuivel buiten Europa wordt daarom nog belangrijker. Al denken Amerika en Nieuw-Zeeland daar waarschijnlijk hetzelfde over.
De meest ingrijpende maatregel die premier Mark Rutte gisteravond (13 oktober) afkondigde, is de verplichte sluiting van cafés en restaurant. Voor minimaal 4 weken, maar mogelijk langer. Die kans op bijna een maand is aannemelijk, gezien Rutte opmerkte dat een vaccin op zijn vroegst pas in de loop van volgend jaar beschikbaar is. Bovendien is het pas oktober, de winter moet nog beginnen, het voorjaar van 2021 is nog ver weg.
De zuivelsector moet voorlopig dealen met het wegvallen van de horecavraag in ons land. Gelukkig exporteren we grote volumes. Maar ook in andere landen gelden beperkende maatregelen die de vraag remmen. Zo hanteert ook Duitsland (en veel landen meer) beperkende maatregelen in de horeca, al is uit eten gaan daar nog wel mogelijk. Mits je een mondkapje draagt.
Terugval na herstel?
Hoewel aangescherpte maatregelen nooit uitkomen, komen ze voor de zuivelmarkt op een ongelegen tijdstip. Het dal van de melkaanvoer ligt bijna achter ons, wat betekent dat de melkvolumes op het Noordelijk halfrond binnenkort weer stijgen. De productie ligt bovendien voor op vorig jaar, Brussel verwacht in 2020 een groei van de Europese melkplas van 1,5%. Bovendien zet deze groei van de melkproductie naar verluidt door in 2021.
Daarbij zat de mondiale zuivelmarkt de laatste weken in een betere flow. De coronaklap van maart was nog niet te boven, maar er ontstond wel ruimte voor hogere melkprijzen zonder dat dikke dertigers worden gerealiseerd. Niet alleen in Nederland, maar ook in omliggende landen zoals het Verenigd Koninkrijk en Ierland.
Klap minder groot dan in maart
Toen in maart de lockdown werd afgekondigd, was dat een enorme klap voor vrijwel alle markten. Olie en aandelenkoersen kelderden, de vraag naar fritesaardappelen stortte ineen en de zuivelmarkt had zelfs de slechtste week sinds mensenheugenis. De schok is nu minder groot. In hoeverre er nu prijsdruk ontstaat, moet de komende weken blijken. Bovendien zal de situatie per fabricaat verschillen. Maar buiten kijf staat dat de vraag naar verse zuivel en specialties (als cheddar en mozzarella) op de thuismarkten terugvalt.
Normaal gesproken komen we nu in de periode waarop de traditionele kerstvraag langzaamaan begint te komen. Room en boter bijvoorbeeld kunnen daar doorgaans van profiteren. Hoewel de botermarkt de afgelopen weken vaster aanvoelde, zijn er onderliggend factoren die de prijs drukken. Neem bijvoorbeeld de interventievoorraden die ontstonden na de eerste lockdown. In de particuliere opslag ligt nu zo'n 60.000 ton, die later dit jaar weer op de markt komt. En los daarvan is boter ruim voorradig in Europa.
Ogen op export buiten Europa
De afzet van zuivelcommodities buiten Europa wordt deze winter extra belangrijk om de afzet aan de gang te houden. Daar hebben Europese bedrijven geduchte concurrentie van de Verenigde Staten die sinds de zomer profiteren van de zwakkere dollar. Ook werkt zuivelgrootmacht Nieuw-Zeeland toe naar de seizoenspiek, waarbij de melkproductiecijfers ruim voor liggen op vorig jaar. En ook daar zijn de binnenlandse afzetmogelijkheden waarschijnlijk beperkter door coronamaatregelen. Kortom: het oude normaal op de zuivelmarkt is nog ver weg.