Voor de zuivelmarkt was het een bijzondere week. Midden in de zomer braken de prijzen voor room en boter records. Met name de roomprijs steeg tot grote hoogte. Niet eerder was dit product zo duur als deze week. De rest van de markt ging met vertraging mee.
De DCA-notering voor room tikte op een haar na de grens van €9.000 per ton aan. De boterprijs is ook op een hoogtepunt, maar blijft toch nog onder het record van voorjaar 2022. De roomprijs gaat €55 over het oude record heen.
Het verschil tussen de room en de boternoteringen is nu bovendien groter dan in 2022. Nu gaapt er een gat van €1.630 per ton tussen de noteringen voor room en boter, toen bedroeg het gat €1.520 per ton. Dit grote gat moedigt het niet echt aan om extra boter te produceren, want room rendeert onbewerkt veel beter. De verwachting is daarom dat de boterprijs nog wel verder zal stijgen, omdat het tekort verder zal groeien. De termijnmarktprijs voor oktober staat niet voor niets al op zo'n €7.600.
Er moet wel bij worden gezegd dat het prijsrecord tot stand komt in een markt met een kleine aanvoer, maar wellicht is het ook wel juist daarom. De melkaanvoer is dalende, de krapte op de markt neemt toe.
Toch komt de krapte niet overal op de markt tot uiting. Magere melkconcentraat, dat wat overblijft na de productie van room, is al maandenlang vrijwel stabiel in prijs en bewoog deze week amper van zijn plek.
En anders dan bij room en boter, is hier helemaal geen sprake van een record of naderend record. Magere melkconcentraat noteert zelfs €1.650 per ton onder het record van voorjaar 2022. Er is dan ook niet veel van te maken dat veel geld opbrengt. Magere melkpoeder is en blijft zwak geprijsd en niet duur genoeg om daar concentraat voor te gaan verpoederen. De belangrijkste afzetstroom is die voor de versmarkt.
Spotmelk hoger, geen record
Rauwe spotmelkmelk is wel goed geprijsd en deze week weer iets duurder dan vorige week. Ook blijft de prijs boven de gemiddelde uitbetaalprijs van de fabrieken. Toch breekt ook de spotmelkprijs geen records. De beschikbaarheid van rauwe melk is weliswaar beperkt, maar wie het product niet hoeft te kopen, doet dat vaak ook niet. Melk van meer dan 50 à 51 cent per kilo is voor veel partijen toch vrij duur. Wie evenwel snel melk nodig heeft van een bepaalde kwaliteit, betaalt in de regel evenwel ook de hogere prijs, of dat nu 54 of 55 cent is.
Het wil niet zeggen dat er geen goedkopere melk te vinden is, maar dan moet men genoegen nemen met een andere kwaliteit. In Frankrijk is nog steeds melk voor 45 tot 46 cent per kilo te koop, melden handelaren. Het is in de regel melk met een veel lager vetgehalte, maar ook de gehaltes in Nederlandse, Belgische en Duitse melk lopen hard terug.
Grote volumes, ook hogere prijs?
Grote vraag is of en hoe lang de huidige prijsstijgingen zullen blijven aanhouden. De prijzen zijn hoog, maar de verkochte volumes vrij klein. Spannende vraag is of de hoge prijzen ook stand houden als grote kopers, zoals retailers en grote voedingsbedrijven, druk op de markt zetten. Feit is wel dat de huidige prijsstijgingen niet beperkt blijven tot de vloeibare markt alleen. Ook is het niet alleen een feestje op de melkvetmarkt. Ook de kaasprijzen lopen sterk op, terwijl de prijzen voor de hogere weiproducten al langere tijd stevig zijn. En zelfs de melkpoederprijzen lopen iets op, ondanks een aantal tegenvallende exportcontracten.