De fusie met FrieslandCampina maakt een einde aan 20 jaar Milcobel. De Vlaamse zuivelcoöperatie die nationale leider werd, maar nooit echt een kampioen werd. De resultaten wilden - jammer genoeg voor het bedrijf - niet boven het gemiddelde uitkomen.
Milcobel ontstond in 2005 uit de fusie van Belgomilk en de Belgische Zuivel Unie (BZU), beide ook het resultaat van een lange serie van fusies. De wortels van de oudste coöperatie, Sint Paulus in Langemark, gaan terug naar 1906.
Nu staat op de plek van die fabriek de grootste 'site' (geen Engelse uitspraak) van Milcobel. Deze is met een capaciteit van ruim 65.000 ton per jaar de grootste mozzarellafabriek in de Benelux. Naast Langemark heeft Milcobel nog twee locaties waar melk wordt ontvangen en verwerkt tot zuivel: de kaasfabriek in Moorslede en de fabriek in Kallo, waar met name poeder wordt gemaakt. Tot vorig jaar had Milcobel ook nog een ijsdivisie, maar die is te gelde gemaakt.
Lang volgehouden
Eigenlijk is het nog een wonder dat Milcobel tot nog toe zelfstandig is gebleven. In 2013, toen eerste algemeen directeur Patrick Buggenhout werd opgevolgd door Eddy de Mûelenaere, was er al het gevoel dat er een partner gezocht moest worden om te kunnen overleven te midden van het Europese fusiegeweld in de zuivel. Milcobel kampte met een verouderd productieapparaat, was laat met automatiseren en digitaliseren en betaalde ten opzichte van de Europese concurrentie niet de beste melkprijs.
Nog een tijdje er tegenaan
De Mûelenaere toog voortvarend aan de slag en probeerde Milcobel te moderniseren waar het kon. Uit de resultaten blijkt dat niet altijd, omdat reorganiseren ook veel geld kost. Na hem leek Milcobel er weer een tijdje tegenaan te kunnen. Onder opvolger Peter Koopmans leek het weer redelijk goed te gaan, maar deze CEO moest echter plotseling het veld ruimen, doordat er een enorm verlies was ontstaan. Net als enkele jaren later zijn opvolger Nils van Dam - die opmerkelijk genoeg geen dienstverband had, maar op contractbasis was aangenomen. Van Dam leek de strijd nog even aan te willen, maar was dus ook opeens weg. Zijn opvolger Peter Grugeon staat sinds juli 2024 aan het roer, maar voerde vooral een afbouwagenda door.
Resultaat volgde groei niet
Hoewel Milcobel na het einde van de melkquotering nog een forse groei doormaakte, in zowel omzet als het aantal verwerkte liters melk, toch werden de resultaten wisselender. De omzet groeide van ruim €900 miljoen naar €1,2 à €1,3 miljard en het aantal liters melk steeg van 1,2 miljard naar 1,8 miljard op de top in 2020, maar de verdiensten bleven achter. Vanaf 2020 werd het beeld ronduit grillig. In dat jaar werd behalve genoemde recordhoeveelheid melk ook een recordverlies van ruim €20,5 miljoen geboekt, terwijl in 2021 dan weer de hoogste winst ooit werd behaald (bijna €11 miljoen). Het was helaas niet genoeg. Mede omdat het jaar 2023 weer slecht was (-€11,6 miljoen), zoals ook 2024 (-€6,2 miljoen).
A-ware komt als concurrent
Voor de leden was erger dat de melkprijs ook fors achterbleef. Dat ging te meer opvallen toen het Nederlandse A-ware de Belgische markt op ging en daar boeren wierf met een sterk concurrerende melkprijs. Toen in het kielzog daarvan ook andere Nederlandse zuivelbedrijven (waaronder een terugkerend FrieslandCampina) de Belgische markt op trokken, werd de strijd helemaal hard en ongelijk voor Milcobel.
Ysco voor de dorst
Gelukkig had Milcobel lange tijd nog steeds ijsdochter Ysco. Dat leverde vooral in de laatste jaren mooie resultaten op voor Milcobel, waarmee het verliezen elders in het bedrijf goedmaakte. In 2023 besloot Milcobel evenwel ook deze troefkaart in te zetten en Ysco in te ruilen voor een mooi bedrag in contanten. De schulden konden ingelost en voor de leden was er een goedmaker, maar eigenlijk was dit de opmaat naar het einde.
Te veel tegenvallers
Voor Milcobel was er geen zelfstandig voortbestaan meer weggelegd. Er moest te veel worden geïnvesteerd om eigenstandig door te gaan, terwijl de resultaten uit de bestaande bedrijfsvoering te laag waren en de kas feitelijk leeg. Ook waren er steeds vervelende tegenvallers die veel geld kostten, zoals problemen met de kaaskwaliteit, softwareproblemen bij een groot distributiecentrum waardoor klanten niet beleverd konden worden en dergelijke. Het werd te veel. Milcobel had behoefte aan onderdak elders. Dat biedt FrieslandCampinu die vooral geïnteresseerd is in de extra aanvoer van melk.