Door het mooie en aanhoudende voorjaarsweer krijgen loonwerkers en intermediairs dit voorjaar geen rust. Het is iedere dag alle hens aan dek, waardoor met het uitrijden van mest grote vorderingen konden worden gemaakt.
Bijzonder voorjaar
Het is een bijzonder voorjaar. Iedere dag is het werkbaar weer en wordt er mest uitgereden. Waar in de voorgaande voorjaren regen intermediairs de kans gaf om de mestsilo’s bij te vullen, lijkt die kans er dit voorjaar niet te zijn. Dat betekent dat er meer spanning op de aanvoer van mest komt te staan, waar deze in de achterliggende weken al behoorlijk groot was.
Per saldo merken intermediairs op dat er in de akkerbouw al veel mest is aangewend en dat het in de loop van volgende week merkbaar minder druk zal gaan worden. Ook de snelle groei van de tarwepercelen, kan erin resulteren dat het aanwenden van mest niet meer mogelijk is.
Overschotgebieden komen niet leeg
Op lokaal niveau, waar mest over korte afstand wordt vervoerd, zijn de mestputten zo goed als leeg. Voor mest in overschotgebieden is dat niet het geval. In het voorjaar worden deze gebieden pas op het laatst bediend, wanneer er dichterbij geen mest meer te halen is. Het meeste aanbod van drijfmest is dat van vleesvarkens. Het aanbod van rundveedrijfmest is beperkt en in sommige gebieden zelfs niet meer verkrijgbaar. Daardoor wordt er naar alternatieve mestsoorten gezocht, zoals rosé kalvermest.
De ophaalbijdragen zijn deze week voor zowel de vleesvarkensdrijfmest als de rundveedrijfmest vrijwel niet gewijzigd.