De perikelen rond de handelsoorlog zijn funest voor de slachterijen in de Verenigde Staten (VS). De marges hebben de afgelopen maanden flink ingeleverd, waardoor zij per geslacht varken circa $5 dollar moeten toeleggen.
De marges bij de verwerkers van varkensvlees, waaronder grote spelers als Tyson Foods en Smithfield Foods, staan flink onder druk. Volgens Amerikaanse analisten komt dit door de onzekerheid die de handelsoorlog met zich meebrengt. Zowel China als Mexico voerde een importheffing in op Amerikaans varkensvlees; dit als vergeldingsactie voor de tarieven die de Amerikaanse president Donald Trump invoerde op aluminium en staal.
Ondertussen heeft president Trump nog veel meer Chinese goederen belast met hoge importtarieven. Het einde van de handelsoorlog is waarschijnlijk nog lang niet in zicht.
Varkensprijs trekt juist aan
Het wrange voor de Amerikaanse varkenssector is dat juist China en Mexico de belangrijkste afnemers zijn. De vleesexportprijzen staan dan ook flink onder druk. Echter, de varkensprijs in de VS trekt juist aan. Sinds begin april is de varkensprijs (de Iowa/Minnesota-notering) met maar liefst $0,80 gestegen tot $1,84 per kilo. Dit maakt dat het mes aan 2 kanten in de marges snijdt.
(Tekst gaat verder onder de grafiek)In mum van tijd is de Iowa/Minnesota-notering flink in waarde gestegen.
Een Amerikaans onderzoeksbureau heeft berekend dat slachterijen medio juni een verlies maken van ruim $5 per geslacht varken, de grootste negatieve marge sinds mei 2015. Volgens analisten staan de slachterijen voor 2 keuzes: of ze schroeven het aantal slachtingen terug (waarmee ze de variabele kosten kunnen drukken), of de slachterijen maken zich sterk voor een dalende varkensprijs en aantrekkende vleesprijzen.
Dit laatste lijkt geen haalbare kaart. Door de opening van 4 grote slachtlocaties is het Amerikaanse varkensaanbod krap, waarmee de markt in het voordeel is van producenten. De zomerperiode is doorgaans het hoogseizoen voor de binnenlandse vleesconsumptie; de slachterijen hebben dus grote aantallen nodig. Het terugschroeven van het aantal slachtingen is ook geen optie, omdat de vaste kosten wel doorlopen en slachterijen bang zijn marktaandeel op de binnenlandse markt te verliezen. Het maakt dat slachterijen in een lastige spagaat zitten.
Zorgelijke situatie
Ondanks dat de varkensprijs stijgende is, zijn Amerikaanse varkenshouders bezorgd over de situatie. Met de opgelegde handelstarieven is het aannemelijk dat de prijs op termijn weer inlevert. De stijgende varkensprijs past namelijk in het seizoenspatroon. Historisch gezien tikken de noteringen half juli het hoogste niveau aan. Dit is tamelijk snel. Daarom is de National Pork Producers Council (NPPC) op zoek naar extra afzetmogelijkheden in nieuwe landen.
Zo hoopt de organisatie dat Thailand hun importverbod snel intrekt. Het Aziatische land weert de varkensexporteurs uit de VS al langere tijd, vanwege het gebruik van het omstreden middel ‘Ractopamine’. Of deze charmeoffensieven ergens op uit lopen, zal de komende maanden moeten blijken. Vooralsnog heeft het protectionistische beleid van Trump de Amerikaanse varkensmarkt flink aan het wankelen gebracht.