Gaan we nu meer of minder varkensvlees eten?

Als je afgaat op de geluiden in het maatschappelijke debat, dan laten we (varkens)vlees straks massaal links liggen. Linkse politici en activisten beroepen zich op de slinkende consumptiecijfers en trekken die lijn vaak verder door. En inderdaad, daar is geen woord aan gelogen. De consumptie van varkensvlees in Nederland en Europa staat wat onder druk.

Consumptie slinkt ligt 
De varkensvleesconsumptie daalde vorig jaar met een halve kilo tot gemiddeld 36,2 kilo per inwoner (op basis van karkasgewicht), zo blijkt uit cijfers van Wageningen University & Research (WUR). Tien jaar geleden aten Nederlanders gemiddeld anderhalf kilo meer. Varkensvlees is nog altijd met afstand het meest gegeten vlees in Nederland. Ook in andere landen wordt jaarlijks gemiddeld genomen iets minder varkensvlees gegeten. Duitsland is uitzondering op de regel. Daar daalt de consumptie wel aanzienlijk: tussen 2015 en 2020 ging de consumptie jaarlijks met een kilo omlaag tot 34,1 kilo.

Een gemiddelde Duitser eet nog altijd relatief veel varkensvlees en het blijft ook in de toekomst dagelijkse kost. De Europese Commissie verwacht namelijk dat in 2031 de gemiddelde Europeaan - voor zover die bestaat - 31 kilo varkensvlees eet. Dit is een daling van 1,5 kilo ten opzichte van dit jaar. Verdere krimp op komst dus. In 2011 lag de gemiddelde consumptie in de Eurozone nog op 34,3 kilo, je zou daarmee ook kunnen concluderen dat de krimp de komende jaren afvlakt. Het is maar net hoe je naar de cijfers kijkt. We gaan in Europa overigens niet veel minder vlees eten, denken ze in Brussel. Tegenover de verwachte krimp in varkensvleesconsumptie wordt groei in pluimveevlees verwacht.

Groei op wereldmarkt
Tegenover de afvlakkende krimp in Europa is verdere consumptiegroei op komst in andere continenten. Behoorlijke groei zelfs. De verwachting van de Verenigde Naties is dat de wereldwijde varkensvleesconsumptie in 2030 uitkomt op 127,03 miljoen ton, tegenover 112,3 miljoen ton in 2021. Een groei van een slordige 13%. Vooral in 2022 en 2023 wordt een significante toename verwacht, ingegeven door toenemende welvaart en groeiende bevolkingscijfers in Azië en Zuid-Amerika. 

Dergelijk hoge groeiramingen bieden varkenshouders en vleesbedrijven prima houvast, hoewel we de kanttekening moeten plaatsen dat de prognoses neigen naar 'nattevingerwerk'. Tegelijkertijd geven de cijfers ook aan dat de consumptie verschuift en daarmee afhankelijkheid van het sentiment op de wereldmarkt toeneemt.