Shutterstock

Nieuws Inkomensraming

Boereninkomen in 2018 fors onderuit

18 December 2018 - Niels van der Boom

Alle agrarische ondernemers zagen in 2018 hun gemiddelde inkomen dalen. Wageningen UR en het CBS becijferden dat het inkomen in 1 jaar tijd met bijna €30.000 is gedaald. Voor veel veehouders was 2017 een goed jaar. Bij akkerbouwers ligt dat anders, daar blijft het inkomen stabiel laag.

Het gemiddelde inkomen voor land- en tuinbouwbedrijven wordt in 2018 geraamd op €42.000 per onbetaalde arbeidsjaareenheid. Dit betekent een daling van bijna €30.000 ten opzichte van 2017, wat een historisch hoog jaar was. Het 5-jarig gemiddelde ligt op €51.000 per onbetaalde arbeidsjaareenheid. De boomkwekerijsector boekt als enige sector een groei in het inkomen.

Harde klappen in varkenshouderij
De zeugenbedrijven zien hun inkomen het hardste dalen. Die neemt af van €200.000 tot -€86.000. Ook de vleesvarkenshouders kennen een forse dip, al is die (met een daling van €72.000 naar €26.000) wel minder groot. Het gemiddelde inkomen op de gesloten varkensbedrijven daalt van €159.000 naar -€40.000.

De redenen voor de fikse inkomensdaling zijn onder meer de ongunstige prijsontwikkeling van de biggen en vleesvarkens. Daartegenover staat dat de voer- en mestafzetkosten juist stegen.

Hoge voerkosten
Melkveebedrijven hebben hun inkomen in 2018 zien halveren. Die komt gemiddeld uit op €30.000, tegenover €64.000 vorig jaar. Het jaar 2017 was dan ook een historisch goed jaar voor deze bedrijven. Volgens de WUR komt dit vooral omdat er extra veevoer moest worden aangekocht, als gevolg van de droogte. Dit zorgde voor een extra kostenpost van €20.000.

Daarnaast daalden de zuivelopbrengsten licht. Dit wordt gecompenseerd door de hogere melkproductie, maar dat dempt de lagere melkprijs niet. Logischerwijs zijn de bedrijven op zandgrond zwaarder door droogte getroffen dan de bedrijven op klei of in het veenweidegebied.

Forse verschillen bij akkerbouw
De akkerbouwbedrijven zijn een hoofdstuk op zich. Daar was de situatie in 2017 al slecht en weinig zullen dit als topjaar aanmerken. Voor 2018 komt het gemiddelde inkomen uit op €38.000, waar dat vorig jaar €40.000 was. Door de droogte zijn hier grote regionale verschillen, afhankelijk van de grondsoort en mogelijkheid tot beregenen. Wie niet kon beregenen, komt uit op een negatief saldo.

In het noordelijk en centraal kleigebied verwachten de WUR en het CBS wel een flinke stijging, tot €80.000 per onbetaalde arbeidsjaareenheid. De zetmeelaardappeltelers zien hun inkomen dalen van €71.000 tot €22.000. Al laten de meer dan verdubbelde vrije uienprijzen en hogere consumptieaardappelprijzen het inkomen stijgen. Granen hadden het minste onder de droogte te lijden, tegen een iets hogere prijs. Ook de lage suikerprijs wordt gevoeld.

Andere sectoren
Door lagere eierprijzen hebben ook leghennenhouders hun inkomen zien dalen. Die van vleeskuikenhouders blijft stabiel. Wel stegen de kosten van energie, voer en het afzetten van de mest. De vleesprijs nam eveneens iets toe.

De glastuinbouwbedrijven met glasgroente of sierteelt blijven een stabiel hoog inkomen houden van €160.000. Vollegrondsgroenteteeltbedrijven zagen het inkomen iets dalen, net als fruittelers. Ook bloembollentelers hebben dit jaar minder verdiensten, vooral door lage kilo-opbrengsten van de bollen.

Dinsdagmiddag 18 december zal Linda de Bie van de WUR tijdens het Nationaal Economisch Landbouwcongres een toelichting geven op de cijfers van de inkomensraming.

Heb je een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

Niels van der Boom

Niels van der Boom is senior marktspecialist akkerbouwgewassen bij DCA Market Intelligence. Hij maakt vooral analyses en marktupdates over de aardappelmarkt. In columns deelt hij zijn scherpe blik op de akkerbouwsector en technologie.
Regenradar
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden