Tolsma

Aangeboden door Tolsma Grisnich

Grote verschillen in partijen aardappelen

17 November 2020

De verschillen tussen aardappelen in opslag zijn groot. Door de natte herfst zijn sommige partijen laat en vochtig ingeschuurd, terwijl andere partijen de fase van wondheling al achter zich hebben liggen en toe zijn aan een behandeling met kiemremmingsmiddelen.

Laat gerooide aardappelen zijn veelal koud (8-10°C) én met meer vochtige grond ingeschuurd. Door de lage producttemperatuur verloopt het droogproces trager. Koude lucht kan minder waterdamp bevatten en koude lucht raakt daardoor ook snel verzadigd tijdens het drogen. Bij een producttemperatuur van 13°C drogen aardappelen bijvoorbeeld 30 tot 40% sneller dan bij 8 °C.

Warme lucht kan meer vocht opnemen dan koude. In lucht van 13 °C 100% r.v. zit 11,4 gr/m3 vocht. Bij een temperatuur van 8 °C 100% r.v. is dat slechts 8,3 gr/m3.

En als er rotte knollen in de partij zitten, is het nog belangrijker dat er met drogende lucht geventileerd kan blijven worden. Een natte vochtige partij aardappelen heeft immers de neiging om steeds kouder te worden wanneer deze droogt omdat er warmte aan de aardappels onttrokken wordt, wat nodig is voor het drogen/verdampen van vocht. Dan duurt het drogen en de wondheling nog langer. Het concrete advies luidt:

  • Aardappelen opwarmen tot 12-13 °C met een kachel
  • De partij droog maken (ook noodzakelijk voor kiemremmingsmiddelen)
  • Als de partij uitwendig droog is begint de wondheling
  • Wondhelen bij 12 °C duurt circa 3 weken
  • Tijdens wondhelen regelmatig drogen als er rot aanwezig is

Starten met kiemremming
De droge partijen zijn ondertussen toe aan kiemremming. In dit eerste jaar zonder CIPC zal dat extra aandacht vragen. De nieuwe middelen vragen veelal een specifieke toepassingstechniek en toedieningsmoment. In alle situaties is een goede luchtcirculatie in de bewaring van het grootste belang voor een goed resultaat.

Vanwege de nieuwe situatie vraagt kiemremming een intensieve samenwerking tussen teler, leverancier van het kiemremmingsmiddel en de bewaarspecialist. Alle kennis en ervaring zal nodig zijn om de kiemremming tot een goed einde te brengen. Vraag ook uw bewaarspecialist. Hij geeft een goed advies over het instellen van de klimaatcomputer en de ventilatoren zodat het middel goed opgenomen worden in de ventilatielucht.

Laat CO2 gehalte niet te hoog oplopen
Voor het behoud van de bakkwaliteit van fritesaardappelen mag het CO2 gehalte niet te hoog oplopen omdat het een negatieve invloed heeft op de reducerende suikers. Dat geldt zeker voor aardappelen die al wat terug gekoeld. In een periode met warme nachten, wordt er dan niet met buitenlucht geventileerd. Stel de bewaarcomputer daarom zo in dat er geregeld ververst wordt en zorg dat het CO2 gehalte onder de 2500 - 3500 ppm blijft (maximumgehalte is afhankelijk van ras en hoe dicht de schuur is). Een andere tip: koel na een paar warme dagen niet te snel tijdens een koude nacht. Maak gebruik van de instelling maximale afkoeling per dag zodat het inkoelen niet te snel gaat. Dit voorkomt ook het overmatig optreden van koudeverzoeting.

Deze businesscase is powered by:
Ziektedruk - Bruine roest
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden