Inside: Uienmarkt

Kwaliteit kan nare verrassing in uienafzet zijn

9 December 2015 - Niels van der Boom

In rap tempo komen steeds meer kwaliteitsissues naar boven in de uienbewaring. Dat erkennen zowel adviseurs als de handel. Het product verouderd sneller. Dat kan nare gevolgen hebben voor de afzet, die nog prima draait, over een breed front.

Heb je een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

Waar vorig jaar december nog met twee tot drie procent tarra kon worden gewerkt liggen die percentages nu al op zeven tot acht procent. Problemen die je normaalgesproken later in het seizoen verwacht, zoals huidproblemen en koprot, komen al vroeg aan het licht. Wie nu twijfelt kan beter afscheid nemen, zo luidt het devies.

Wie twijfelt over de kwaliteit moet nu afscheid nemen

‘De regen - die in sommige gebieden in augustus viel – is niet alleen de opbrengst ten goede gekomen, maar ook de ontwikkeling van bacteriën’, legt Luuk Kok van Agrifirm uit. ‘Vorig jaar lagen de uien gemiddeld vijf dagen in het zwad. Het product werd toen met 2 procent vocht binnengereden. Door het moeizame oogstseizoen is dat dit jaar 5 tot 6 procent. In oktober drogen uien niet voldoende in het zwad. Het gevolg is dat we veel partijen zien die niet droog zijn. Daarbij komt dat gunstig weer voor het drogen niet voldoende aanwezig is. Veel mist en een hoge RV.’

Kok beaamt dat kwaliteitsproblemen steeds meer de kop op steken, maar hij ziet niet direct problemen voor de afzet. ‘We hebben met een zeer brede afzetmarkt te maken op het moment’, legt hij uit. ‘Ook voor de mindere partijen is er een markt, zoals Polen bijvoorbeeld. Alles gaat weg. Wel merk ik dat sorteerders in aanloop naar kerst bezig zijn met het opmaken van voorraden.’

Teeltadviseur Laurens Persoon van DLV Plant bespeurt in zijn gebied – Flevoland en noordwest Friesland – slechts enkele problemen met de gevreesde koprotschimmel. ‘Met behulp van onze zelftest kunnen we direct een partij beoordelen op de aanwezigheid van koprot’, legt hij uit. ‘In mijn gebied kom ik vooral dikhalzen (flessenuien) en fusarium tegen dit jaar. De dikhalzen zijn het resultaat van een dunne stand. Overal zijn er problemen met het nadrogen, door het hoge vochtpercentage van de uien. De weersomstandigheden tijdens het bewaarseizoen zijn ongunstig geweest. Schimmels kunnen zich zo sneller ontwikkelen. Telers moeten daarom naar het product kijken en niet naar de kalender. Valt de kwaliteit tegen, dan is het beter om vervroegd afscheid te nemen.’

Ook de zaaizaadleveranciers bemerken duidelijk dat het bewaarproces dit jaar veel aandacht vraagt van de teler. André Boot van Hazera komt in de bewaring vooral watervellen, zure nekken en fusarium tegen. Problemen met koprot vallen volgens hem nog mee. ‘Fusarium is landelijk een groeiend probleem. Door de regen in augustus sloeg de grond dicht, wat zuurstofgebrek opleverde. Ideaal voor de vermeerdering van fusarium.’

Boot zegt ook steeds meer huidproblemen tegen te komen. Daar is een logische verklaring voor. ‘Normaalgesproken wordt geoogst wanneer het loof voor 50 procent is afgestorven. Door het late oogstmoment dit jaar was het loof al volledig afgestorven. Daarmee blijft het buitenste vel achter op het land. Heb je een ras dat niet erg huidvast is, dan komen problemen eerder aan het licht. De ui heeft zich – door alle regen – met vocht volgezogen. In de bewaring krijg je dan een ‘tennisbaleffect’. Door het drogen verliest hij sneller zijn huid.’

De Groot en Slot bespeurt soortgelijke problemen en is daarom extra actief naar de telers toe. ‘Helaas zijn niet alle telers doordrongen van mogelijk kwaliteitsproblemen’, zegt Jaap Jonker. ‘We gaan daarom actief kijken en de bewaring op. Er zijn veel uitdagingen, waardoor het bewaren soms moeizaam verloopt. Bijvoorbeeld door tegenstrijdige belangen. Wanneer de uien te nat zijn is veel drogen nodig. Aan de andere kant levert dit weer problemen met de huidkwaliteit op. Heb je een partij met vraagtekens, neem dan op tijd afscheid.’

Ondanks een moeizaam verlopen oogst en uitdagend bewaarseizoen zijn telers positief. De export loopt goed door en de prijs is naar tevredenheid. Telers hebben een prijs van 20 euro voor ogen. Woensdag 9 december noteert Uienhandel.com echter een goede partij die voor 17 euro per 100 kilo is verkocht. Daarmee doet de prijs juist een stapje terug. Er is op het moment namelijk veel aanbod. Afnemers zijn spekkoper.

Door het grote aanbod doet de prijs een stapje terug

Op de website van Uienhandel valt verder te lezen dat de geldigheidstermijn van het kwaliteitsbeoordelingsrapport is verkort. Die bedroeg zeven weken en is nu teruggebracht tot vier weken. Dat heeft alles met het huidige kwaliteitsniveau te maken. Een te lange beoordelingstermijn leidt tot misstanden.

Daartegenover staat dat de aardappelmarkt moeizaam verloopt en de graanprijs zich in een dal bevindt. Ingrediënten voor een areaalstijging bij uien in 2016. Specialisten durven zich daar echter nog niet aan te wagen. De prijsontwikkeling van eerder genoemde gewassen is van groot belang. In 2016 neemt het areaal suikerbieten ook weer iets toe. Dit jaar zorgde een krimp nog voor meer uien.

Dat het areaal in 2016 niet afneemt lijkt vast te staan. Groei moet vooral uit de noordelijke provincies, Veenkoloniën en het zuidoosten komen. De traditionele teeltgebieden in Midden-Nederland en het zuidwesten bieden weinig mogelijkheden tot uitbreiding.

Ziektedruk - Valse meeldauw
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden