Vijf vragen aan Frans Claassens

Agrosector biedt chemie duurzame oplossingen

3 December 2014 - Redactie Boerenbusiness

De oliën- en vettenketen is de afgelopen jaren uitgegroeid tot één van de grootste agrofoodsectoren van Nederland. De focus van de keten verschuift zich steeds meer van food en feed, naar de chemie, waar duurzame alternatieven worden gezocht voor mineralen en aardolie. Frans Claassens, directeur van MVO, de ketenorganisatie voor oliën en vetten, zegt dat zowel akkerbouwers, als veehouders kunnen profiteren van het groeipotentieel dat oliën en vetten hebben, omdat de agrosector duurzame oplossingen biedt voor de chemie.

De oliën- en vettenketen is de afgelopen jaren explosief gegroeid en heeft voor het eerst een rapport gepubliceerd om de ontwikkelingen in kaart te brengen. Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen?
'De belangrijkste ontwikkeling, is dat de oliën- en vettensector er goed voorstaat en dat er vertrouwen is om de komende jaren de positie te verbeteren. De afgelopen jaren is twee miljard euro geïnvesteerd om de concurrentiekracht te versterken. Dit is meer dan gelukt, want de waarde van de export is in tien jaar verdubbeld tot 4,8 miljard euro in 2013. De Nederlandse sector is hiermee leidend in Europa en de wereld. Bovendien behoort de oliën- en vettensector met een productiewaarde van 6,1 miljard euro tot de grootste agrofoodsectoren van Nederland.'

'Bij groot zijn komen echter ook bepaalde verantwoordelijkheden om de hoek kijken. Daarom zet de industrie veel in op duurzaamheid. De sector loopt voorop in het gebruik van duurzame palmolie. Ook frituurvet wordt op steeds grotere schaal ingezameld en hergebruikt. Daarnaast kenmerken de bedrijven zich door een hoge energie-efficiënte. Bovendien heeft de sector een belangrijke bijdrage geleverd aan het verbeteren van de vetzuursamenstelling waardoor voedingsmiddelen gezonder worden.'

De sector heeft de afgelopen jaren twee miljard euro geïnvesteerd, waar is dit geld voornamelijk in gestoken?
'Het geld is met name geïnvesteerd in het verbeteren van de concurrentiepositie, maar ook in raffinagecapaciteit. Dit is in de periode van 2003 tot 2013 met 50 procent gegroeid tot 3,2 miljoen ton. Daarnaast is geld gestoken in invocatiecentra, waar producenten en verwerkers nieuwe producten ontwikkelen in samenwerking met klanten, en de verduurzaming van de keten.’

Waarom is het rendement van de investeringen zo groot?
'Het unieke van de oliën- en vettensector, is dat in de hele keten wordt geïnvesteerd en dat de sector veel samenwerkt om de investeringen te gelde te maken. De sector voelt zich sterk verboden. Niet alleen producenten, maar ook transporteurs, laboratoria, controleurs en kennisinstellingen werken met elkaar samen. Het is ook de eerste sector die een private doorstart heeft gemaakt met de mvo als ketenorganisatie.'

'Er is veel geld gestoken in verbeteren van de concurrentiepositie. Dat dit lukt is te danken aan de kennis, maar ook aan de schaalvoordelen die Nederland biedt en bovendien kunnen Nederlandse bedrijven profiteren van de infrastructuur en het achterland.'

Op deze manier biedt de agrosector duurzame oplossingen voor de chemie

Wat is het groeipotentieel voor de komende jaren?
'Bedrijven zijn altijd wat terughoudend met het publiekelijk verkondigen van de plannen omdat de concurrentie meeleest, maar bedrijven gaan met name investeren in de biobased economy. Dit is een tak van sport die oliën en vetten vooral toepast in de chemie. Veel chemische producten zoals verf, autolak en plactics worden geproduceerd met behulp van natuurlijke mineralen. De voorraden van deze mineralen zijn eindig. Het grote voordeel van biobased products is, aan de ene kant, dat plantaardige oliën en vetten hernieuwbaar zijn en mineralen kunnen vervangen en dat de producten afbreekbaar zijn. Op deze manier biedt de agrosector duurzame oplossingen voor de chemie. Aan de andere kant levert het nieuwe afzetmarkten en –kanalen op waarmee de oliën- en vettensector het risico kan spreiden. Bovendien kunnen de investeringen groeien wanneer voet aan de grond wordt verkregen in markten voor chemische producten omdat producenten van plastic en verf ook zoeken naar duurzame alternatieven.'

'Nu richt de oliën- en vettensector zich nog vaak op nicheproducten en nichemarkten. Het vertrouwen in een verdere verduurzaming van de industrie, daar liggen de grootste kansen. Op dit moment zijn het nog niet de volumes in de biobased economy die het verschil maken, maar daar ligt wel de toekomst. Met food en feed, waarvoor de meeste oliën en vetten worden geproduceerd, heeft de sector een stevige basis om te bestaan. Hier is de sector groot in geworden, maar daar ligt niet het groeipotentieel.'

Op welke manier kunnen veehouders en akkerbouwers profiteren van de groei?
'De agrarische sector kan op verschillende manieren profiteren van de groei de oliën- en vettensector doormaakt. Aan de ene kant dienen dierlijke en plantaardige vetten en oliën als grondstof voor nieuwe producten. Wanneer de afzetmogelijkheden groeien, neemt de vraag naar grondstoffen toe en dit draagt bij aan de marge van de akkerbouwer of de veehouderij. Ook kan de vraag naar lokaal geproduceerde gewassen zoals koolzaad, toenemen. Een andere ontwikkeling is dat voer beter kan worden afgestemd op de wensen van individuele afnemers omdat het kennisniveau stijgt.'

Heb je een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten
Ziektedruk - Bruine roest
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden