Waarschuwingen voor lagere opbrengsten in Europa en Noord- en Zuid-Amerika geven de graannoteringen weer een zet naar boven. Op de Matif sloot tarwe van de nieuwe oogst voor het eerst boven de €400 per ton. Daarnaast nemen handelaren en speculanten hun posities in, in aanloop naar het Wasde-rapport dat vanavond Nederlandse tijd wordt gepubliceerd.
Het septembercontract voor tarwe op de Matif sloot gisteren (11 mei) €7,25 hoger, op €403,25 per ton. De notering voor de oogst van 2022 is zodoende voor het eerst de grens van €400 per ton gepasseerd. Ook de andere contracten voor 'oogst 2022' zetten stappen omhoog. Het mei-2023-contract staat het laagste genoteerd, op €389,75 per ton. Dat is nog wel een plus van 1,6% vergeleken met één dag eerder. De technische analyse geeft aan dat er nog ruimte is voor een hogere tarwekoers. Het volgende weerstandsniveau ligt namelijk op €500 per ton, terwijl de koers steun vindt op €400 en €370 per ton.
Op de CBoT in Chicago zette de tarwenotering eveneens de weg naar boven in. Het julicontact steeg met 2% naar $1.113 per bushel. Omgerekend is dat ongeveer €392 per ton. De soja- en maïsnoteringen stegen op de CBoT met respectievelijk 0,9% en 1,7%. De drijvende kracht achter de hogere koersen zijn tegenvallers in het groeiseizoen in verschillende werelddelen. Zo heeft marktbureau FranceAgriMer de exportverwachting voor Franse zachte tarwe naar landen buiten de Europese Unie gisteren verlaagd en de eindvoorraad verhoogd naar 3,22 miljoen ton.
Tegelijkertijd waarschuwden de analisten van het Franse marktbureau voor de gevolgen van de droogte in Frankrijk. Er zal snel neerslag moeten vallen om de schade en de lagere opbrengsten van granen van aanstaande oogst te voorkomen.
Weer een La Niña?
De Rosario Grains Exchange verwacht dat de tarweoogst in Argentinië in teeltseizoen 2022/2023 op 19 miljoen ton uitkomt. Dat is fors lager dan de 22,1 miljoen ton die afgelopen seizoen is geoogst. De lagere opbrengst komt voor een groot deel door een gedaald areaal. Argentijnse boeren beginnen nu met het zaaien van wintertarwe, maar door het weerfenomeen La Niña hebben diverse delen van het land te maken met ernstige droogte. Er wordt gesproken over een gerede kans (70%) dat La Niña ook deze zomerperiode aanhoudt. Dat zou het derde jaar op rij zijn.
In de Verenigde Staten houden experts er steeds meer rekening mee dat de trage start van de inzaai van maïs gevolgen gaat hebben voor de opbrengst van het gewas. De achterstand is inmiddels zo groot dat in grote delen van de Midwest de maïs niet meer voor de optimale zaaidatum (half mei) in de grond zit. Experts trekken de vergelijking met 2013, toen kwam het seizoen ook laat op gang. Een koud voorjaar werd toen gevolgd door een droge zomer met relatief lage opbrengsten. Ook dit jaar hinten de patronen op droogte in juni en juli.
Ondanks een start met hobbels, waardoor een topopbrengst niet waarschijnlijk is, is het natuurlijk nog te vroeg om betrouwbare uitspraken te doen over de maïsopbrengst, zo wordt wel aan toegevoegd door diverse analisten.