Goed nieuws vanaf het zuivelfront. Alle signalen wijzen op een stabiele situatie in de markt tot in ieder geval oktober. Dat komt naar voren uit de jongste melkmarktupdate van LTO-zuivelwatcher Klaas Johan Osinga.
De wereldwijde vraag naar zuivel blijft overeind. De boterprijzen wijzen dat al langere tijd duidelijk aan. Osinga’s eigen onderzoek wijst uit dat de prijs van boter in sommige supermarkten onder de nieuwste contractprijzen liggen, die zuivelbedrijven en retail recent afsloten. Dat wijst op relatief weinig marge voor de retail en een blijvende hoge vraag naar dit product.
Handelaren aan het morren
De hoge boterprijzen brengen de Europese handelaren inmiddels wel aan het morren. Zij zien verschillende exportmarkten afhaken, omdat anderen de boter voor minder kunnen leveren. Die anderen zijn dan vooral de Verenigde Staten. Dit mede doordat de euro hoog staat ten opzichte van de dollar.
Volgens Osinga rijst hiermee echter nog wel een andere vraag: krijgt de Europese Commissie hiermee niet indirect de prijs gepresenteerd voor haar melkreductieplan van begin dit jaar? "Veel melkveehouders in EU-landen incasseerden de premie in een periode dat de markt al hersteld was. De productie bleef, door het reductieplan, achter en creëerde daarmee schaarste. Een hoge boterprijs is dan nu wel mooi, maar als het exportmarkten kost, kost dat wellicht ook geld op langere termijn. Er komen ook weer andere tijden en klanten die je kwijtraakt, heb je meestal niet zomaar weer terug."
Nauwelijks meer melkaanvoer
Het melkreductieplan van de Europese Unie, en in Nederland ook dat van FrieslandCampina, is een van de oorzaken voor minder melkaanvoer in Europa eerder dit jaar. Daarnaast speelt ook de droogte in Frankrijk en in delen van midden- en zuidelijk Europa sterk mee. Dit resulteert aan het begin van juli in negatieve cijfers in de melkaanvoer voor Duitsland (-2,6%), Frankrijk (-3,8%) en het Verenigd Koninkrijk (-0,4%).
Daartegenover staat wel een stijging van 3,1% over de maand mei in Polen. Ook Italië liet in mei een stijging van 0,9% zien in de melkaanvoer. "De Europese Commissie gaat uit van een kleine stijging over heel 2017, maar ik denk dat het een kleine min wordt", zegt Osinga. "Dit vooral doordat de droogte een remmend effect heeft. Ook zeggen de Duitsers dat ze zelf geen sterke verhoging zien opkomen."
Het is volgens de zuivel-watcher ook niet waarschijnlijk dat de melkaanvoer op korte termijn zorgt voor druk op de prijzen. De aanvoer is namelijk wereldwijd maar net iets hoger dan vorig jaar, terwijl de vraag duidelijk hoger ligt. De Verenigde Staten produceren als een van de grootmachten op de wereldmarkt voor zuivel wel meer. Echter, Australië, net als de Europese Unie, niet. Vanuit Nieuw-Zeeland wordt wel een lichte plus verwacht.
Eiwitprijzen blijven relatief achter
Waar de boterprijzen het al langere tijd goed doen, blijft de opbrengst voor (magere) melkpoeder relatief achter. De verkoop van 100 ton melkpoeder, door de Commissie, pakte verkeerd uit voor de prijsvorming. Osinga stelt dat er tenders lopen voor partijen magere melkpoeder uit de opslag, maar dat de handel tot nog toe te weinig biedt. "Het is nu maar net wie het eerste toegeeft: de handel die meer gaat bieden of de Commissie, omdat ze meent dat ze de voorraden kwijt moet."
"De handel speelt het spel", duidt Osinga. "Zij weten dat er 352.000 ton magere melkpoeder in opslag ligt en dat de Commissie dit moet verkopen. Met de verkoop van deze 100 ton dacht de handel dat het 'los' ging en daalde de prijs meteen. In mijn ogen een verkeerde zet van de Europese Commissie. De markt vraagt over een tijdje waarschijnlijk nog nadrukkelijker om melkpoeder, er is geen reden onrustig te worden."
Wat wellicht nog een verschil gaat maken, is een nieuwe mogelijkheid die de Europese Commissie voor zichzelf openstelde. Kort gezegd houdt dat in dat lidstaten de poeder ook mogen opkopen om vervolgens de winst uit te keren aan voedselbanken. Hoeveel lidstaten hiervan gebruik maken om zo een deel van de poeder op te kopen en te verhandelen is lastig in te schatten, maar enig effect zal het wel hebben, verwacht Osinga.
Future-markt positief
Positieve signalen komen ook uit Kiel. Daar rekende de universiteit uit wat de melkprijs zou moeten zijn op basis van de EEX future-markt. Op basis daarvan zou de melkprijs in november en december boven de €0,40 liggen. "Zo’n voorspelling zegt lang niet alles natuurlijk, maar deze future-markt moet je niet meer onderschatten", zegt Osinga. "Je merkt aan alles dat de belangstelling van handelaren en zuivelbedrijven groter wordt en ook het aanbod te verhandelen boter en magere melkpoeder stijgt."
Chinese vraag moeilijk te staven
Samenvattend is de markt redelijk stabiel en staan de signalen voor het eerst op groen, wat betreft een minimale stabilisatie van de melkprijs de komende maanden. Een lichte stijging zit er zelfs nog wel in, stelt Osinga op basis van zijn analyse. Het lijkt pas weer spannend te worden in het najaar.
In september en oktober komt de melkproductie van Nieuw-Zeeland voor het nieuwe seizoen op gang. De verwachting is dat die productie iets hoger ligt dan vorig jaar. De vraag is dan in hoeverre China die extra melk opneemt. Als dat tegenvalt, dan brengen de Nieuw-Zeelanders extra melk op de markten in onder meer Noord-Afrika en komt de Europese melkprijs onder druk.
"De huidige signalen uit China over de vraag zijn positief", vertelt Osinga. "De Rabobank Shanghai verwacht een iets minder sterke groei, maar nog wel een groei van 10%. Dat is natuurlijk nog steeds substantieel te noemen. Echter, de berichtgeving over de Chinese vraag naar zuivel is de laatste jaren niet altijd even betrouwbaar gebleken. Op dat terrein is het wat mij betreft koffiedik kijken en ben ik benieuwd hoe de markt zich vanaf oktober daadwerkelijk gaat bewegen."