Pieter Seldenrijk, een melkveehouder uit Eemnes, is komend jaar de eerste boer in de provincie Utrecht de weidegrond verhuurt voor de opwek van zonne-energie. Het bestemmingsplan voor het areaal van 7,5 hectare is aangepast en de subsidie is inmiddels toegekend. "Vooralsnog kan ik geen goede rekensom maken over de verdiensten."
Pieter Seldenrijk melkt 120 koeien en gaat een verhuurcontract voor 16 jaar aan met het bedrijf KiesZon uit Rosmalen (Noord-Brabant), een dochteronderneming van energieleverancier GreenChoice. De opgewekte zonnestroom, van de 14.545 panelen, is bestemd voor 1.000 huishoudens in Eemnes.
Het doel is om voor de bouwvak van 2018 operationeel te zijn. Seldenrijk: "Voor een hectare snijmaïs op dat stuk, ontvang ik €2.000. Ik reken erop dat de verdiensten voor de verhuur van dit zonnepark beter zijn."
Economische vooruitgang?
Seldenrijk is op dit gebied een voorloper in Nederland. Het nadeel daarvan is echter dat het zo nieuw is dat het ministerie van Financiën nog geen richtlijnen heeft voor een dergelijk project. Seldenrijk gaat ervan uit dat hij economisch beter wordt van het contract. Maar zeker is dat niet.
Dit vanwege de vele onduidelijkheden. Zullen bijvoorbeeld de toeslagrechten op het verhuurde perceel veranderen? En zal de bestemmingswisseling gevolgen hebben voor de WEVAB (Waarde in het Economisch Verkeer bij Agrarische Bestemming)?
Het ontbreken van fiscale voorschriften maakt het erg lastig voor de melkveehouder om een passende huurvergoeding af te spreken met de projectontwikkelaar van het zonnepark. "Vooralsnog kan ik geen goede rekensom maken over de verdiensten", legt Seldenrijk uit.
Individuele situatie belangrijk
Peter van Brakel, fiscalist bij Accon avm, erkent dat de onduidelijkheid van de overheid een probleem is. "De fiscale gevolgen van het plaatsen van deze panelen hangen af van de individuele situatie. De vraag daarbij is of er na het plaatsen van de zonnepanelen nog sprake is van een landbouwbedrijf. Een andere vraag is of de ondergrond van de zonnepanelen, na de verhuurperiode, weer terugkomt in het landbouwbedrijf."
Wordt niet het gehele areaal gebruikt voor de panelen, dan kan de grond mogelijk binnen het landbouwbedrijf blijven. "Dan wordt de jaarlijkse opbrengst belast", legt de fiscalist uit. "Is dat wel het geval, dan is er geen sprake meer van een landbouwbedrijf en moet de grond over naar het privévermogen." Met als gevolg dat er op de gronden een WEV/WEVAB-verschil wordt geconstateerd, waarover afgerekend moet worden. "Hoe hoog die heffing is, valt moeilijk in te schatten."
Er blijven vooralsnog veel vragen over. Daarom adviseert Van Brakel alle agrariërs, met dergelijke verhuurplannen, om alvast zelf een fiscale inschatting te maken.