Rabobank en NAJK stelden 3 strategieën op voor melkveehouders. Het streven is om ondernemers te ondersteunen, maar ook om de discussie te openen, want is groei wel de goede strategie of past een andere strategie beter? Belangrijke uitdagingen zijn fosfaat en klimaat, maar ook personeel blijkt een minstens zo grote uitdaging.
De melkveehouderij is alles behalve zwart-wit, maar grofweg duiken er 3 strategieën op, zo signaleren Rabobank en NAJK. Het gaat dan om de ambitieuze ontwikkelaar, de stabiliserende en optimaliserende ondernemer en een verbreder. "Zaken waar een ondernemer op moet letten zijn afstemming van productiemiddelen, samenwerking en wel of geen eigendom", zegt Marijn Dekkers, sectorspecialist Melkveehouderij bij Rabobank.
Er is meer dan ondernemerscapaciteit
Maar de vragen gaan verder dan het eigen bedrijf. Zo kan er ook gekeken worden of ondernemen in Nederland past of juist niet? "Er wordt breder gekeken dan naar ondernemerscapaciteit." Ondanks dat de melkveehouderij een turbulente tijd achter de rug heeft en er nog ondernemers zijn die worstelen met de nieuwe regels, is er nog een toekomst in de sector. "De wil om door te gaan is er nog, maar de jeugd is wel zoekende naar hoe en waar ze doorgaan."
Ondertussen zijn er ook factoren die meebepalen welke kant een ondernemer het beste op kan gaan. Dit zijn onder meer fosfaat, maar ook de schommelingen in de melkprijs. Wat voor schuldenlast is dan toelaatbaar?
'De toelaatbare schuldenlast is erg moeilijk aan te geven. Vroeger werd aangegeven dat boven de 1,25 je zwaar zat en eronder licht. Maar verschillen in intensiteit zijn zo groot dat dit ook zorgt voor verschil in schuldenlast. Bedrijven met 12 ton melk per hectare eigendomsgrond kunnen soms geen moeite hebben met meer dan €1,75 schuld per kilo melk, maar sommige bedrijven met 30 ton melk per hectare eigendomsgrond hebben al genoeg aan €1 per kilo melk. De diversiteit is enorm. De schommeling in de melkprijs vraagt in ieder geval wel om voldoende flexibiliteit en vermogen om een buffer op te bouwen.'
Personeel?
Een andere factor die genoemd wordt, is personeel. "Bij bedrijven met meer dan 1,5 tot 2 miljoen kilo melk wordt veelal de keus gemaakt om met personeel te gaan werken", zegt Dekkers. Deze bedrijven kunnen het niet meer oplossen met alleen automatisering en gezinsarbeid.
Werken met personeel vraagt echter meer van een ondernemer. "Je begint met een melker, maar dan moet er een goede kandidaat gevonden worden; die de melktijden kan inpassen in zijn arbeidsritme. De vraag die vervolgens gesteld moet worden, is: hoe ga je om met de weekenden? Tegelijkertijd verzet een melkveehouder veel arbeid. Bij de inzet van vreemde arbeid blijkt hij minder arbeid -zeker in het weekend- voor hetzelfde tarief (als wat hij zichzelf toekent) te kunnen krijgen.'
Meer dan groeien
Met 'Melken in de nieuwe realiteit' wordt een voorproefje genomen op de fosfaatrechten, want heeft het zin om een grote som geld te investeren, of past een andere strategie beter? Zo wordt bijvoorbeeld verbreding onder de loep genomen. Uiteindelijk is het vooral de bedoeling dat de melkveehouderij weerbaarder wordt tegen de uitdagingen uit de markt en maatschappij.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.