Kaas blijft een krachtige motor in een verder vrij zwakke zuivelmarkt. Na een diepe prijsdip eerder dit jaar heeft de prijs van dit product zich behoorlijk hersteld en is nu de belangrijkste drager van de zuivelmarkt, al zit het misschien niet in de beste verwaardingscombi.
Het gaat niet om een spectaculaire prijsstijging, zoals vorig jaar, maar gezien de marktsituatie eind januari en gezien ook de melkproductie in Europa en de relatieve zwakte van andere basis-zuivelproducten, houdt de kaasprijs zich heel sterk. Wat daar de precieze oorzaak van is, valt moeilijk aan te wijzen. Er is voldoende melk beschikbaar, er wordt ook volop kaas gemaakt, maar er zijn ook geen grote voorraden. In ieder geval niet van foliekaas. Dat zou ook lastig zijn, want dan moet het product worden ingevroren en is het alleen nog geschikt voor de smelter.
Nu zijn er wel voorraden kaas die eigenlijk te groot zijn, maar die zijn er bij de natuurkazen. Het volume hiervan is zo groot dat zo langzamerhand steeds meer moet worden ingeleverd op het prijsvoordeel ten opzichte van foliekaas. Daarom werken producenten er hard aan om overschotten van de markt af te krijgen, zo wordt gemeld. Afzet ver weg is vaak een effectieve remedie.
'Analoge' vetten duur
De vraag naar foliekaas blijft ondertussen goed, wat mede kan worden veroorzaakt door de relatief hoge prijs voor plantaardige vetten die worden gebruikt bij de productie van 'analoge' varianten. Hierdoor zijn deze varianten, die veel worden gebruikt in voedselbereidingen – prijstechnisch geen concurrenten meer voor kaas op basis van alleen melk.
Of de huidige positie van foliekaas ook in de komende paar maanden overeind blijft, is de vraag. Plantaardige vetten lijken dan niet snel goedkoper te worden, wel zal de melkaanvoer stevig toenemen met de start van het weideseizoen, wat nog meer kaas betekent. Bovendien moet kaas nagenoeg alleen zorgen voor de verwaarding van melk. De markt voor wei en weipoeders ligt nog altijd behoorlijk op z'n gat.
De melkpoederprijs is veel zwakker en ook veel meer afhankelijk van exportmogelijkheden, Momenteel wordt slechts beperkt geëxporteerd. Daardoor bouwen voorraden op, maar de kans bestaat dat er later in het seizoen betere exportmogelijkheden komen. Concurrenten als Nieuw-Zeeland en een aantal Zuid-Amerikaanse landen naderen het einde van het productieseizoen, waardoor vooral nog rekening moet worden gehouden met aanbod uit de Verenigde Staten. Op sommige, minder koopkrachtig markten is er hierdoor veel concurrentie, maar dat is toch lang niet overal het geval.
Winst room weg
Bij de vloeibare zuivel gingen deze week zowel de prijzen voor room als die voor magere melkconcentraat onderuit. Die van het laatste product nog vrij beperkt – al is er ook extra goedkoop aanbod uit Frankrijk beschikbaar, de roomnotering verloor veel van de winst die vorige week nog werd geboekt Het aanbod van beide halffabrikaten is ruim voldoende.
Dat in minder mate voor rauwe melk, reden waarom de prijs hiervan juist weer een stapje omhoog deed. Over de vraag hoe krap de markt voor spotmelk was, zijn de meningen verdeeld.
{{dataviewSnapshot(46_1682002814)}}
De meeste partijen zien over heel Noordwest-Europe een kleinere beschikbaarheid, anderen zien het met name in Nederland spelen, waardoor prijzen soms tot 3 of 4 cent extra kunnen oplopen.
De DCA-spotprijs voor rauwe melk zit ondertussen al bijna een jaar (en vaak fors) onder de uitbetalingsprijs van de fabrieken en dat is gewoonlijk een duidelijk teken dat er een overaanbod heerst.