De prijs van zowel boter als magere melkpoeder kan deze week weer omhoog kijken, hoewel beide markten fragiel blijven aanvoelen. Daarmee is er in elk geval wel weer wat optimisme in de zuivelmarkt geslopen. De grondstofwaarde van melk zakt immers niet verder weg. Komt de ommekeer op tijd voor een bodem onder de uitbetalingsprijzen?
In juni leken de melkprijzen richting stabilisatie te kunnen werken, maar in juli stak de druk op de zuivelmarkt opnieuw de kop op. Op basis van de verwaarding van foliekaas noteert de grondstofwaarde van melk ondertussen onder aanzienlijk €40 per 100 kilo. Wanneer we rekenen met de minst valoriserende combinatie van magere melkpoeder en boter valt er amper nog €35 aan melkgeld uit te betalen. Een lichtpuntje voor verwerkers is dat de markt sinds deze week een bodem lijkt te hebben gevonden, waarmee de druk in elk geval niet verder opbouwt.
Te hoge uitbetalingsprijzen
De melkprijzen noteren in juli vaak nog boven €40 en staan daarmee te hoog in het licht van de markt. De schamele winst van FrieslandCampina is een bewijs dat de melkprijs in de eerste helft van dit jaar te hoog stond en ook medio juli waarschijnlijk nog steeds staat. Andere zuivelbedrijven komen niet met halfjaarcijfers, maar die zullen ook niet al te rooskleurig zijn. Dit wordt off te record ook wel bevestigd. Ook voor zuivelhandelaren is de markt overigens veel minder gunstig dan vorig jaar.
Investering in grondstofpositie
Tussen de regels door laten diverse zuivelbedrijven doorschemeren dat de melkprijs in augustus eigenlijk verder omlaag moet. Maar dit is makkelijker gezegd dan gedaan. Het verlagen van de melkprijs is namelijk lastig te verkopen richting leden en leveranciers, die vandaag de dag om het minste of geringste gaan lopen. In een tijd dat aanvoer van melk onder druk staat, is dat een risico. Tegelijkertijd is het ook een kans. Een relatief hoge melkprijs trekt immers leveranciers aan. Er wordt dan ook wel gesuggereerd dat verwerkers dit jaar bewust meer betalen dan de marge toestaat. Dat wordt dan gezien als een investering in de grondstofpositie van de toekomst. De positie van melkveehouders in de keten komt dit ten goede, maar dat terzijde.
Psychologisch effect
Van de Nederlandse verwerkers durft tot nu toe niemand het voortouw te nemen om als eerste onder de grens van €40 te geraken. Dit heeft immers een groot psychologisch effect. Vanouds is een melkprijs boven €40 niet slecht, maar daaronder wordt de situatie al snel penibel. Zeker met de huidige kostprijzen op melkveebedrijven. DOC Kaas noteert weliswaar al wel onder dat niveau, maar is in deze sterk afhankelijk van de besluiten die bij moederbedrijf DMK in Duitsland worden genomen. Daar wordt gerekend met de markt. Net zoals veel Belgische verwerkers dat doen en in mei vaak al onder de €40 waren gezakt.
Nieuwe ronde
Komende maandag komen FrieslandCampina en DOC Kaas met de uitbetalingsprijs voor augustus. Daar wordt in de markt reikhalzend naar uitgekeken. Arla zal binnenkort ook publiceren. Daarna volgt de rest van het zuivelpeloton. Het verlagen van de melkprijs onder de grens van €40 lijkt te gaan uitmonden in een wedstrijdje oogknipperen. En zo niet, dan wordt het financieel pijn lijden of investeren in de grondstofpositie, vanuit een positiever frame bekeken. De zuivelmarkt lijkt dan wel een bodem te hebben gevonden, maar maakt nog maar bar weinig aanstalten naar boven.